Testament Chords by Boudewijn De Groot
Tempo:
122.3 bpm
Chords used:
A
D
G
Bm
F#
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] .
Na 22 jaren in dit [A] leven maak ik het [D] testament op van [A] mijn jeugd.
[G] Niet dat ik wel [A] toch goed heb weg [D] te geven, voor [G] slimme jongen heb [A] ik nooit geducht.
Maar [D] ik heb nog wel wat mooie [A].
idealen, goed van snit, hoewel [D] ze uit de [A] mode zijn.
Wie [G] ze hebben wil, [A] wie mag ze [D] komen halen, [G] vooral jonge [A] mensen vinden ze [D] nog fijn.
[E] Aan een broertje dat zo graag wil [F#] gaan studeren, laat ik met plezier [Bm] dat restnagel [F#] mijn kroeg.
[B] Waar ik teveel dronk [G] om een vrouw te [G#m].
imponeren en [A] daarna de klappen [Bm] kreeg waarom [A] ik vroeg.
.
En [D] dan heb ik nog een stuk of wat [A] vriendinnen, die wel opgevoed [D] en zeer [A] verstandig zijn.
Het [G] waarmee je dus [A] geen donder kunt [D] beginnen, maar [G] misschien krijgt [A] iemand anders ze [D] wel klein.
.
Voor mijn neefje zijn mijn [A] onvervulde wensen wel wat kinderlijk, [D] maar ach ze [A] zijn zo diep.
[G] Ik behoorde [A] maar tot die groep [D] van mensen [G] voor wie het geluk toch [A] altijd harder liep.
[D] Aan mijn vrienden laat ik garen het [A].
vermogen om verliefd te [D] worden op een [A] meisjes lachen.
.
[G] Zelf ben ik [A] helaas een keer [D] teveel bedrogen, [G] maar wie het eens [A] proberen wil [D] wie mag.
[Em] Mijn vriendinnetje, ik laat jou [F#] alle nachten dat ik praten om [Bm] jouw ontrouw heb [F#] gestort.
Maar [Bm] onthoud dit wel, [G] ik zal [E] geduldig wachten tot ik [A] lach, hop dat [Bm] jij ook [A] belazerd wordt.
.
[D] En de leraar die mij altijd plachten [A] dreigen, jongen jij komt nog [D] op het [A] verkeerde pad.
Kan [G].
tevreden zijn [A] en hoeft niets meer [D] te krijgen, dat [G] wil zeggen hij [A] heeft toch [D] gelijk gehad.
.
[A] .
[D] [A] [G] .
[A] [D] [G] [A] .
[D] .
Voor mijn ouders is het album [A] met de plaatjes die zo vals [D] getuigen van een [A] blijde jeugd.
Maar [G] ze tonen niet [A] de [D] zouteloze praatjes [G] die een kind [A] opvoeden in eer en lucht.
[D] En verder krijgen ze alle [A] dwaze dingen terug die ze mij [D] teveel geleerd hebben [A] die tijd.
[G] Ze kunnen mij [A] ten slotte ook [D] niet dwingen [G] groot te worden [A] zonder die [D] perrouw en spijt.
.
[Em] En dan heb ik ook nog enkele [F#] goede vrienden, maar die hebben [B] al genoeg van [F#] mij gehad.
[Bm] Dus ik gun ze [G] nu het loon dat ze [E] verdienden, [A] alle drank die ze [Bm] van mij hebben [A].
gejat.
[D] Verder niets, er zijn alleen nog een paar [A] dingen die ik houd, omdat [D] geen mens er [A] iets aan heeft.
.
[G] Dat zijn mijn [A] goede [D] jeugdherinneringen, [G] die neem je [A] mee zolang je [D] verder leeft.
.
[A] .
[D] .
Na 22 jaren in dit [A] leven maak ik het [D] testament op van [A] mijn jeugd.
[G] Niet dat ik wel [A] toch goed heb weg [D] te geven, voor [G] slimme jongen heb [A] ik nooit geducht.
Maar [D] ik heb nog wel wat mooie [A].
idealen, goed van snit, hoewel [D] ze uit de [A] mode zijn.
Wie [G] ze hebben wil, [A] wie mag ze [D] komen halen, [G] vooral jonge [A] mensen vinden ze [D] nog fijn.
[E] Aan een broertje dat zo graag wil [F#] gaan studeren, laat ik met plezier [Bm] dat restnagel [F#] mijn kroeg.
[B] Waar ik teveel dronk [G] om een vrouw te [G#m].
imponeren en [A] daarna de klappen [Bm] kreeg waarom [A] ik vroeg.
.
En [D] dan heb ik nog een stuk of wat [A] vriendinnen, die wel opgevoed [D] en zeer [A] verstandig zijn.
Het [G] waarmee je dus [A] geen donder kunt [D] beginnen, maar [G] misschien krijgt [A] iemand anders ze [D] wel klein.
.
Voor mijn neefje zijn mijn [A] onvervulde wensen wel wat kinderlijk, [D] maar ach ze [A] zijn zo diep.
[G] Ik behoorde [A] maar tot die groep [D] van mensen [G] voor wie het geluk toch [A] altijd harder liep.
[D] Aan mijn vrienden laat ik garen het [A].
vermogen om verliefd te [D] worden op een [A] meisjes lachen.
.
[G] Zelf ben ik [A] helaas een keer [D] teveel bedrogen, [G] maar wie het eens [A] proberen wil [D] wie mag.
[Em] Mijn vriendinnetje, ik laat jou [F#] alle nachten dat ik praten om [Bm] jouw ontrouw heb [F#] gestort.
Maar [Bm] onthoud dit wel, [G] ik zal [E] geduldig wachten tot ik [A] lach, hop dat [Bm] jij ook [A] belazerd wordt.
.
[D] En de leraar die mij altijd plachten [A] dreigen, jongen jij komt nog [D] op het [A] verkeerde pad.
Kan [G].
tevreden zijn [A] en hoeft niets meer [D] te krijgen, dat [G] wil zeggen hij [A] heeft toch [D] gelijk gehad.
.
[A] .
[D] [A] [G] .
[A] [D] [G] [A] .
[D] .
Voor mijn ouders is het album [A] met de plaatjes die zo vals [D] getuigen van een [A] blijde jeugd.
Maar [G] ze tonen niet [A] de [D] zouteloze praatjes [G] die een kind [A] opvoeden in eer en lucht.
[D] En verder krijgen ze alle [A] dwaze dingen terug die ze mij [D] teveel geleerd hebben [A] die tijd.
[G] Ze kunnen mij [A] ten slotte ook [D] niet dwingen [G] groot te worden [A] zonder die [D] perrouw en spijt.
.
[Em] En dan heb ik ook nog enkele [F#] goede vrienden, maar die hebben [B] al genoeg van [F#] mij gehad.
[Bm] Dus ik gun ze [G] nu het loon dat ze [E] verdienden, [A] alle drank die ze [Bm] van mij hebben [A].
gejat.
[D] Verder niets, er zijn alleen nog een paar [A] dingen die ik houd, omdat [D] geen mens er [A] iets aan heeft.
.
[G] Dat zijn mijn [A] goede [D] jeugdherinneringen, [G] die neem je [A] mee zolang je [D] verder leeft.
.
[A] .
[D] .
Key:
A
D
G
Bm
F#
A
D
G
[D] _ _ _ _ _ _ _ _ .
_ Na 22 jaren in dit [A] leven maak ik het [D] testament op van [A] mijn _ jeugd.
[G] Niet dat ik wel [A] toch goed heb weg [D] te geven, voor [G] slimme jongen heb [A] ik nooit geducht.
Maar [D] ik heb nog wel wat mooie [A].
idealen, goed van snit, hoewel [D] ze uit de [A] mode zijn.
Wie [G] ze hebben wil, [A] wie mag ze [D] komen halen, [G] vooral jonge [A] mensen vinden ze [D] nog fijn.
_ [E] Aan een broertje dat zo graag wil [F#] gaan studeren, laat ik met plezier [Bm] dat restnagel [F#] mijn kroeg.
[B] Waar ik teveel dronk [G] om een vrouw te [G#m].
imponeren en [A] daarna de klappen [Bm] kreeg waarom [A] ik vroeg.
_ .
En [D] dan heb ik nog een stuk of wat [A] vriendinnen, die wel opgevoed [D] en zeer [A] verstandig zijn.
Het [G] waarmee je dus [A] geen donder kunt [D] beginnen, maar [G] misschien krijgt [A] iemand anders ze [D] wel klein.
_ _ _ _ .
Voor mijn neefje zijn mijn [A] onvervulde wensen wel wat kinderlijk, [D] maar ach ze [A] zijn zo diep.
_ [G] Ik behoorde [A] maar tot die groep [D] van mensen [G] voor wie het geluk toch [A] altijd harder liep.
[D] Aan mijn vrienden laat ik garen het [A].
vermogen om verliefd te [D] worden op een [A] meisjes lachen.
_ .
[G] Zelf ben ik [A] helaas een keer [D] teveel bedrogen, [G] maar wie het eens [A] proberen wil [D] wie mag.
_ [Em] Mijn vriendinnetje, ik laat jou [F#] alle nachten dat ik praten om [Bm] jouw ontrouw heb [F#] gestort.
Maar [Bm] onthoud dit wel, [G] ik zal [E] geduldig wachten tot ik [A] lach, hop dat [Bm] jij ook [A] belazerd wordt.
_ .
[D] En de leraar die mij altijd plachten [A] dreigen, jongen jij komt nog [D] op het [A] verkeerde pad.
_ Kan [G].
tevreden zijn [A] en hoeft niets meer [D] te krijgen, dat [G] wil zeggen hij [A] heeft toch [D] gelijk gehad.
_ _ _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ [A] _ _ _ .
_ [D] _ _ [A] _ _ _ _ [G] _ .
_ [A] _ _ [D] _ _ [G] _ _ [A] _ .
_ [D] _ _ _ _ _ _ .
Voor mijn ouders is het album [A] met de plaatjes die zo vals [D] getuigen van een [A] blijde _ jeugd.
Maar [G] ze tonen niet [A] de [D] zouteloze praatjes [G] die een kind [A] opvoeden in eer en lucht.
_ [D] En verder krijgen ze alle [A] dwaze dingen terug die ze mij [D] teveel geleerd hebben [A] die tijd.
_ [G] Ze kunnen mij [A] ten slotte ook [D] niet dwingen [G] groot te worden [A] zonder die [D] perrouw en spijt.
_ .
[Em] En dan heb ik ook nog enkele [F#] goede vrienden, maar die hebben [B] al genoeg van [F#] mij gehad.
[Bm] Dus ik gun ze [G] nu het loon dat ze [E] verdienden, [A] alle drank die ze [Bm] van mij hebben [A].
gejat.
_ [D] Verder niets, er zijn alleen nog een paar [A] dingen die ik houd, omdat [D] geen mens er [A] iets aan heeft.
_ .
[G] Dat zijn mijn [A] goede _ [D] jeugdherinneringen, [G] die neem je [A] mee zolang je [D] verder leeft.
_ _ .
_ _ _ _ [A] _ _ _ _ .
_ _ _ _ [D] _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .
_ Na 22 jaren in dit [A] leven maak ik het [D] testament op van [A] mijn _ jeugd.
[G] Niet dat ik wel [A] toch goed heb weg [D] te geven, voor [G] slimme jongen heb [A] ik nooit geducht.
Maar [D] ik heb nog wel wat mooie [A].
idealen, goed van snit, hoewel [D] ze uit de [A] mode zijn.
Wie [G] ze hebben wil, [A] wie mag ze [D] komen halen, [G] vooral jonge [A] mensen vinden ze [D] nog fijn.
_ [E] Aan een broertje dat zo graag wil [F#] gaan studeren, laat ik met plezier [Bm] dat restnagel [F#] mijn kroeg.
[B] Waar ik teveel dronk [G] om een vrouw te [G#m].
imponeren en [A] daarna de klappen [Bm] kreeg waarom [A] ik vroeg.
_ .
En [D] dan heb ik nog een stuk of wat [A] vriendinnen, die wel opgevoed [D] en zeer [A] verstandig zijn.
Het [G] waarmee je dus [A] geen donder kunt [D] beginnen, maar [G] misschien krijgt [A] iemand anders ze [D] wel klein.
_ _ _ _ .
Voor mijn neefje zijn mijn [A] onvervulde wensen wel wat kinderlijk, [D] maar ach ze [A] zijn zo diep.
_ [G] Ik behoorde [A] maar tot die groep [D] van mensen [G] voor wie het geluk toch [A] altijd harder liep.
[D] Aan mijn vrienden laat ik garen het [A].
vermogen om verliefd te [D] worden op een [A] meisjes lachen.
_ .
[G] Zelf ben ik [A] helaas een keer [D] teveel bedrogen, [G] maar wie het eens [A] proberen wil [D] wie mag.
_ [Em] Mijn vriendinnetje, ik laat jou [F#] alle nachten dat ik praten om [Bm] jouw ontrouw heb [F#] gestort.
Maar [Bm] onthoud dit wel, [G] ik zal [E] geduldig wachten tot ik [A] lach, hop dat [Bm] jij ook [A] belazerd wordt.
_ .
[D] En de leraar die mij altijd plachten [A] dreigen, jongen jij komt nog [D] op het [A] verkeerde pad.
_ Kan [G].
tevreden zijn [A] en hoeft niets meer [D] te krijgen, dat [G] wil zeggen hij [A] heeft toch [D] gelijk gehad.
_ _ _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ [A] _ _ _ .
_ [D] _ _ [A] _ _ _ _ [G] _ .
_ [A] _ _ [D] _ _ [G] _ _ [A] _ .
_ [D] _ _ _ _ _ _ .
Voor mijn ouders is het album [A] met de plaatjes die zo vals [D] getuigen van een [A] blijde _ jeugd.
Maar [G] ze tonen niet [A] de [D] zouteloze praatjes [G] die een kind [A] opvoeden in eer en lucht.
_ [D] En verder krijgen ze alle [A] dwaze dingen terug die ze mij [D] teveel geleerd hebben [A] die tijd.
_ [G] Ze kunnen mij [A] ten slotte ook [D] niet dwingen [G] groot te worden [A] zonder die [D] perrouw en spijt.
_ .
[Em] En dan heb ik ook nog enkele [F#] goede vrienden, maar die hebben [B] al genoeg van [F#] mij gehad.
[Bm] Dus ik gun ze [G] nu het loon dat ze [E] verdienden, [A] alle drank die ze [Bm] van mij hebben [A].
gejat.
_ [D] Verder niets, er zijn alleen nog een paar [A] dingen die ik houd, omdat [D] geen mens er [A] iets aan heeft.
_ .
[G] Dat zijn mijn [A] goede _ [D] jeugdherinneringen, [G] die neem je [A] mee zolang je [D] verder leeft.
_ _ .
_ _ _ _ [A] _ _ _ _ .
_ _ _ _ [D] _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .