Chords for boudewijn de groot - vrienden van vroeger

[Bb] _ _ _ _ _ _ _ _
Het is eindelijk een feit, [Eb] ik weet ik ben [F] volwassen, ik moet [Bb] nu op gaan passen [Eb] met werk en geld [F] en tijd.
_ [Bb] De jaren zijn voorbij [Eb] van luieren [F] en leren, onschuldig [Bb] potverteren, [Gm] [Bb] beschonken zijn en blij.
_ [Eb] Ik heb een vrouw en kind, [F] een doel om voor te leven, [Eb] maar gisteren dacht ik even, waar is mijn [F] beste vriend? _
[Bb] Met wie ik in de [Eb] tijd het leven [F] _
attakeerde en [Bb] Franse thema's leerde [Eb] en met [F] dezelfde spijt.
[Bb] Het meisje heb gekend, [Eb] dat onze [F] harten roofde en [Bb] zich daarna verloofde met een _ derdejaarsstudent. _ _ _ _ _
Die jongen uit mijn klas, [Eb] die ouder was in [F] jaren en daardoor meer [Bb] ervaren [Eb] van wie dat boekje [F] was.
_ _ [Bb] Dat later op een dag, [Eb] door vader werd [F] gevonden, waarin die [Bb] plaatjes stonden, [Eb] [Bb] waarop je alles zag.
_ [Eb] De vriend die alle pret en [F] zorgen met me [Eb] deelde, de stoelheid die we [Bb] speelden, [Eb] de eerste [F] sigaret. _ _
[Bb] De eerste kuissezoen, [Eb] gekregen van [F] een meisje, in een ruilvoertje [Bb] au poit, _ [Eb] waarvoor ze het [F] wel wou doen.
_ _ _ _ _ De [Bb] vrienden uit die tijd, [Eb] waar zijn ze nu [F] gebleven?
En soms denk ik [Bb] wel even, [Eb] raak ik [Bb] mezelf soms kwijt.
_ _ _ _ _ [Eb] _ _
[F] _ _ _ _ [Bb] _ _ [Eb] _ _
_ [F] _ _ _ _ _ _ _
[Bb] _ _ _ _ _ _ _ _
De onschuld van een [Eb] kind, alleen te zien [F] wat waar is, wat [Bb] vriendschap voor elkaar is, [Eb] terwijl je [F] later _ vindt,
[Bb] dat alles anders is, [Eb] dan vroeger [F] in je dromen, niets is er [Bb] van gekomen, [Eb] zo [Bb] heb je je vergist.
_ _ [Eb] Ook ik heb vroeg of laat, [F] dat liedje wel gezongen, [Eb] van beste [Bb] brave jongen, [Eb] maar met een [F] hart vol haast.
_ _ _ _ Waar [Bb] zijn hun vrienden [Eb] heen, die ik moeiteloos [F] vertrouwde, op wie [Bb] ik dromen bouwde, [Eb] ben nu [F] helaas alleen. _
_ _ _ [Bb] _ Omdat ik nu wel weet, [Eb] je kunt op niemand [F] bouwen, je kunt [Bb] geen mens vertrouwen, [Eb] dus droom ik maar, _ _ _ dus [F] droom ik maar.
_ En _ _ [Bb] vergeet _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _