Chords for Boudewijn de Groot - Avond (High Quality)
Tempo:
97.95 bpm
Chords used:
C
G
F
Am
E
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[C] [G] [C] .
[G] [Am] Nu hoef je nooit je jas meer aan te trekken en te hopen [C] dat je lichten doet.
.
[G] [Am] Laat buiten de stormwind nu maar razen in het donker, [F] want binnen is het warm [G] en licht en goed.
[C] Hand in hand naar buiten kijken waar de regen valt, [F] ik zie het vuur van hoop en [G] twijfel in je ogen.
En ik [E] ken je diepste angst, [F#] [E] .
[Am] want je kunt niet zeker [F] weten en alles gaat voorbij.
Maar ik [C] geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
[G] [Am] En als je smorgens opstaat ben ik bij je en misschien [C] heb ik ook tegenzet.
[Am] En als de zon schijnt buiten gaan we lopen door de [F] duinen en als het regent gaan we terug [G] in bed.
[C] Uren langzaam wakker [Em] worden, zweven door de tijd, [F] ik zie het licht door de gordijnen [G] en ik weet,.
het verleden [E] geeft geen zekerheid, [Am] want je kunt niet zeker weten [F] en alles gaat voorbij.
Maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
.
[Am] [Em] .
[Dm] [Am] [D] [C] .
[F] [Em] .
[Dm] [C] .
[B] [Dm] [E] .
[B] [Dm] [E] .
[B] [Am] [E] .
[B] [F] [E] .
[Am] .
Ik doe de lichten uit en de kamer wordt nu donker en straatlantaarn buiten [G] geeft wat licht.
[Am] En de dingen in de kamer worden vrienden die gaan slapen, de stoelen staan te wachten [G] op de ontwijp.
[Am] En morgen word ik wakker met de geur van brood en honing, [G] de glans van het gouden zonlicht in [E] jouw haar.
En [Am] de dingen in de [C] kamer, [F#] ik zet ze wel te [F] rusten, [C].
vanavond gaan we [G] slapen en morgen zien we [E] wel.
waar [A] de dingen in de kamer [E] zouden levenloze dingen [D] zijn [A] zonder jou.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, ik [F] .
geloof in jou [C] en mij.
Ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, [F] ik geloof, ik geloof in [C] jou en mij.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar ik [C] geloof, ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, ik [F] geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in jou [C] en mij.
.
[G] [Am] Nu hoef je nooit je jas meer aan te trekken en te hopen [C] dat je lichten doet.
.
[G] [Am] Laat buiten de stormwind nu maar razen in het donker, [F] want binnen is het warm [G] en licht en goed.
[C] Hand in hand naar buiten kijken waar de regen valt, [F] ik zie het vuur van hoop en [G] twijfel in je ogen.
En ik [E] ken je diepste angst, [F#] [E] .
[Am] want je kunt niet zeker [F] weten en alles gaat voorbij.
Maar ik [C] geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
[G] [Am] En als je smorgens opstaat ben ik bij je en misschien [C] heb ik ook tegenzet.
[Am] En als de zon schijnt buiten gaan we lopen door de [F] duinen en als het regent gaan we terug [G] in bed.
[C] Uren langzaam wakker [Em] worden, zweven door de tijd, [F] ik zie het licht door de gordijnen [G] en ik weet,.
het verleden [E] geeft geen zekerheid, [Am] want je kunt niet zeker weten [F] en alles gaat voorbij.
Maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
.
[Am] [Em] .
[Dm] [Am] [D] [C] .
[F] [Em] .
[Dm] [C] .
[B] [Dm] [E] .
[B] [Dm] [E] .
[B] [Am] [E] .
[B] [F] [E] .
[Am] .
Ik doe de lichten uit en de kamer wordt nu donker en straatlantaarn buiten [G] geeft wat licht.
[Am] En de dingen in de kamer worden vrienden die gaan slapen, de stoelen staan te wachten [G] op de ontwijp.
[Am] En morgen word ik wakker met de geur van brood en honing, [G] de glans van het gouden zonlicht in [E] jouw haar.
En [Am] de dingen in de [C] kamer, [F#] ik zet ze wel te [F] rusten, [C].
vanavond gaan we [G] slapen en morgen zien we [E] wel.
waar [A] de dingen in de kamer [E] zouden levenloze dingen [D] zijn [A] zonder jou.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, ik [F] .
geloof in jou [C] en mij.
Ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, [F] ik geloof, ik geloof in [C] jou en mij.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar ik [C] geloof, ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, ik [F] geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in jou [C] en mij.
.
Key:
C
G
F
Am
E
C
G
F
[C] _ _ _ [G] _ [C] _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .
[G] [Am] Nu hoef je nooit je jas meer aan te trekken en te hopen [C] dat je lichten doet.
_ _ _ _ .
[G] _ [Am] Laat buiten de stormwind nu maar razen in het donker, [F] want binnen is het warm [G] en licht en goed.
_ [C] Hand in hand naar buiten kijken waar de regen valt, [F] ik zie het vuur van hoop en [G] twijfel in je ogen.
En ik [E] ken je diepste angst, [F#] _ _ [E] _ .
[Am] want je kunt niet zeker [F] weten en alles gaat voorbij.
Maar ik [C] geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
_ _ _ _ [G] _ [Am] En als je smorgens opstaat ben ik bij je en misschien [C] heb ik ook tegenzet.
_ _ _ _ _ [Am] En als de zon schijnt buiten gaan we lopen door de [F] duinen en als het regent gaan we terug [G] in bed.
_ _ [C] Uren langzaam wakker [Em] worden, zweven door de tijd, [F] ik zie het licht door de gordijnen [G] en ik weet,.
het verleden [E] geeft geen zekerheid, _ _ _ _ [Am] want je kunt niet zeker weten [F] en alles gaat voorbij.
Maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
_ _ _ _ .
_ [Am] _ _ _ _ [Em] _ _ _ .
_ [Dm] _ [Am] _ _ [D] _ [C] _ _ _ .
_ _ [F] _ _ _ [Em] _ _ _ .
_ _ [Dm] _ _ _ _ [C] _ _ .
_ _ [B] _ _ [Dm] _ _ [E] _ _ .
_ _ [B] _ _ [Dm] _ _ [E] _ _ .
_ _ _ [B] _ _ [Am] _ _ [E] _ .
_ _ [B] _ _ _ [F] _ [E] _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ [Am] _ .
_ _ _ _ _ _ Ik doe de lichten uit en de kamer wordt nu donker en straatlantaarn buiten [G] geeft wat licht.
_ [Am] En de dingen in de kamer worden vrienden die gaan slapen, de stoelen staan te wachten [G] op de ontwijp.
_ [Am] En morgen word ik wakker met de geur van brood en honing, [G] de glans van het gouden zonlicht in [E] jouw haar.
En [Am] de dingen in de [C] kamer, [F#] ik zet ze wel te [F] rusten, [C].
vanavond gaan we [G] slapen en morgen zien we [E] wel.
waar [A] de dingen in de kamer [E] zouden levenloze dingen [D] zijn _ _ [A] zonder jou.
_ [Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, ik [F] _ .
geloof in jou [C] en mij.
Ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, _ [F] ik geloof, ik geloof in [C] jou en mij.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar ik [C] geloof, ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, ik [F] geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in jou [C] en mij.
_ _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .
[G] [Am] Nu hoef je nooit je jas meer aan te trekken en te hopen [C] dat je lichten doet.
_ _ _ _ .
[G] _ [Am] Laat buiten de stormwind nu maar razen in het donker, [F] want binnen is het warm [G] en licht en goed.
_ [C] Hand in hand naar buiten kijken waar de regen valt, [F] ik zie het vuur van hoop en [G] twijfel in je ogen.
En ik [E] ken je diepste angst, [F#] _ _ [E] _ .
[Am] want je kunt niet zeker [F] weten en alles gaat voorbij.
Maar ik [C] geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
_ _ _ _ [G] _ [Am] En als je smorgens opstaat ben ik bij je en misschien [C] heb ik ook tegenzet.
_ _ _ _ _ [Am] En als de zon schijnt buiten gaan we lopen door de [F] duinen en als het regent gaan we terug [G] in bed.
_ _ [C] Uren langzaam wakker [Em] worden, zweven door de tijd, [F] ik zie het licht door de gordijnen [G] en ik weet,.
het verleden [E] geeft geen zekerheid, _ _ _ _ [Am] want je kunt niet zeker weten [F] en alles gaat voorbij.
Maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in [C] jou en mij.
_ _ _ _ .
_ [Am] _ _ _ _ [Em] _ _ _ .
_ [Dm] _ [Am] _ _ [D] _ [C] _ _ _ .
_ _ [F] _ _ _ [Em] _ _ _ .
_ _ [Dm] _ _ _ _ [C] _ _ .
_ _ [B] _ _ [Dm] _ _ [E] _ _ .
_ _ [B] _ _ [Dm] _ _ [E] _ _ .
_ _ _ [B] _ _ [Am] _ _ [E] _ .
_ _ [B] _ _ _ [F] _ [E] _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ [Am] _ .
_ _ _ _ _ _ Ik doe de lichten uit en de kamer wordt nu donker en straatlantaarn buiten [G] geeft wat licht.
_ [Am] En de dingen in de kamer worden vrienden die gaan slapen, de stoelen staan te wachten [G] op de ontwijp.
_ [Am] En morgen word ik wakker met de geur van brood en honing, [G] de glans van het gouden zonlicht in [E] jouw haar.
En [Am] de dingen in de [C] kamer, [F#] ik zet ze wel te [F] rusten, [C].
vanavond gaan we [G] slapen en morgen zien we [E] wel.
waar [A] de dingen in de kamer [E] zouden levenloze dingen [D] zijn _ _ [A] zonder jou.
_ [Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar [C] ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, ik [F] _ .
geloof in jou [C] en mij.
Ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, _ [F] ik geloof, ik geloof in [C] jou en mij.
[Am] En je kunt niet zeker weten, [F] want alles gaat voorbij, maar ik [C] geloof, ik geloof, ik [G] geloof, ik geloof, ik [F] geloof in [C] jou en mij.
Ik geloof, ik geloof, [G] ik geloof, ik geloof, [F] ik geloof in jou [C] en mij.
_ _ _ _ _ .
_ _ _ _ _ _ _ _ .