Chords for Herman Van Veen - Suzanne lyrics
Tempo:
158.5 bpm
Chords used:
A
Bm
D
C#m
F#
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Bm] [A]
[F#] [A] Suzanne neemt je [F#] mee [A] naar een bank aan het [F#] water.
[Bm]
Duizend schepen [B] gaan voorbij [F#]
[Bm] en toch wordt het maar niet later.
[F#] [A] En je weet dat ze te gek [G#] is, [E] [A] want daarom zit je naast [E] haar.
[C#m] En ze geeft je pepermuntjes, [D] want ze geeft je graag iets tastbaars.
[A] En net als je haar wilt zeggen, ik kan jou geen liefde geven,
[Bm] komt heel de stad tot leven.
En hoor je meeuwen schreeuwen, [A] je hebt steeds van haar gehouden.
En [C#m] je wilt wel met haar meegaan, [D] samen naar de overkant.
En [A] je moet haar wel vertrouwen, [Bm] want ze houdt al jouw gedachten in [A] haar hand.
En Jezus was een visser, die het water zo vertrouwde, dat hij [Bm]
zomaar over zee liep.
Omdat hij had leren houden [A] van de golven en de branding,
waarin niemand kan verdrinken.
Hij [C#m] zei, als men blijft geloven, kan [D] de zwaarste steen niet zinken.
[A] Maar de hemel ging pas open, toen zijn lichaam was gebroken.
En [Bm] hoe hij heeft geleden, dat weet alleen die visser [D] aan het [A] kruis.
En [C#m] je wilt wel met hem meegaan, [D] samen naar de overkant.
En je moet [A] hem wel vertrouwen, [E] want hij houdt al [B] jouw gedachten [Bm] [D] in zijn [A] hand.
Suzanne neemt je mee, naar een bank aan het water, die [Bm] onthoudt waar ze naar kijkt.
Als herinnering voor later, en het [A]
zonlicht lijkt wel honing,
waaraan kinderen zich te goed doen.
[C#m] En het grasveld ligt bezaaid, met wat de [D] mensen zo al wegdun.
In [A] de goot liggen de helden, met een glimlach op de lippen.
En [Bm] de meeuwen in de lucht, lijken net verdwaalde stippen, als [A] Suzanne je lachend aan kijkt.
En je [C#m]
wilt wel met haar meegaan, [D] samen naar de overkant.
[A] En je moet haar wel vertrouwen, [B] want ze houdt al jouw gedachten [Bm] [A] in haar hand.
[D]
[F#] [A] Suzanne neemt je [F#] mee [A] naar een bank aan het [F#] water.
[Bm]
Duizend schepen [B] gaan voorbij [F#]
[Bm] en toch wordt het maar niet later.
[F#] [A] En je weet dat ze te gek [G#] is, [E] [A] want daarom zit je naast [E] haar.
[C#m] En ze geeft je pepermuntjes, [D] want ze geeft je graag iets tastbaars.
[A] En net als je haar wilt zeggen, ik kan jou geen liefde geven,
[Bm] komt heel de stad tot leven.
En hoor je meeuwen schreeuwen, [A] je hebt steeds van haar gehouden.
En [C#m] je wilt wel met haar meegaan, [D] samen naar de overkant.
En [A] je moet haar wel vertrouwen, [Bm] want ze houdt al jouw gedachten in [A] haar hand.
En Jezus was een visser, die het water zo vertrouwde, dat hij [Bm]
zomaar over zee liep.
Omdat hij had leren houden [A] van de golven en de branding,
waarin niemand kan verdrinken.
Hij [C#m] zei, als men blijft geloven, kan [D] de zwaarste steen niet zinken.
[A] Maar de hemel ging pas open, toen zijn lichaam was gebroken.
En [Bm] hoe hij heeft geleden, dat weet alleen die visser [D] aan het [A] kruis.
En [C#m] je wilt wel met hem meegaan, [D] samen naar de overkant.
En je moet [A] hem wel vertrouwen, [E] want hij houdt al [B] jouw gedachten [Bm] [D] in zijn [A] hand.
Suzanne neemt je mee, naar een bank aan het water, die [Bm] onthoudt waar ze naar kijkt.
Als herinnering voor later, en het [A]
zonlicht lijkt wel honing,
waaraan kinderen zich te goed doen.
[C#m] En het grasveld ligt bezaaid, met wat de [D] mensen zo al wegdun.
In [A] de goot liggen de helden, met een glimlach op de lippen.
En [Bm] de meeuwen in de lucht, lijken net verdwaalde stippen, als [A] Suzanne je lachend aan kijkt.
En je [C#m]
wilt wel met haar meegaan, [D] samen naar de overkant.
[A] En je moet haar wel vertrouwen, [B] want ze houdt al jouw gedachten [Bm] [A] in haar hand.
[D]
Key:
A
Bm
D
C#m
F#
A
Bm
D
_ _ _ _ _ _ _ _
[Bm] _ _ [A] _ _ _ _ _ _
_ [F#] _ _ [A] _ _ Suzanne _ neemt je [F#] mee _ [A] naar een bank aan het [F#] water.
_ _ [Bm]
Duizend schepen [B] gaan voorbij [F#] _ _
[Bm] en toch wordt het maar niet later.
[F#] _ [A] En je weet dat ze te gek [G#] is, _ [E] [A] want daarom zit je naast [E] haar.
_ [C#m] En ze _ geeft je _ pepermuntjes, _ _ [D] want ze geeft je graag iets _ tastbaars. _
[A] En net als je haar wilt zeggen, _ ik kan jou geen liefde geven,
_ _ [Bm] komt heel de stad tot leven.
_ _ _ En hoor je meeuwen schreeuwen, _ [A] je hebt steeds van haar gehouden. _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
En [C#m] je wilt wel met haar meegaan, _ _ [D] samen naar de overkant.
_ _ En [A] je moet haar wel vertrouwen, _ _ [Bm] want ze houdt al jouw gedachten _ in [A] haar hand. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
En _ Jezus was een visser, _ _ die het water zo _ vertrouwde, _ dat hij [Bm] _ _
zomaar over zee liep.
_ _ Omdat hij had leren houden _ _ [A] van de golven en de branding, _ _
_ waarin niemand kan verdrinken.
Hij [C#m] zei, als men blijft geloven, _ kan [D] de zwaarste steen niet zinken.
_ _ [A] Maar de hemel ging pas open, _ _ toen zijn lichaam was gebroken. _ _ _
En [Bm] hoe hij heeft geleden, _ _ dat weet alleen die visser _ _ [D] aan het [A] _ _ kruis.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ En [C#m] je wilt wel met hem _ meegaan, _ [D] samen naar de _ overkant. _ _
En je moet [A] hem wel vertrouwen, _ _ [E] want hij houdt al [B] jouw gedachten [Bm] _ [D] in zijn [A] hand. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
Suzanne neemt je mee, _ naar een bank aan het water, _ die [Bm] _ _ onthoudt waar ze naar _ _ kijkt.
Als herinnering voor later, _ en het [A] _
zonlicht lijkt wel honing, _ _
waaraan kinderen zich te goed doen. _ _
[C#m] En het grasveld ligt _ bezaaid, met wat de [D] mensen zo al wegdun.
In [A] de goot liggen de helden, _ met een glimlach op de lippen.
_ En [Bm] de _ _ meeuwen in de lucht, _ _ lijken net _ verdwaalde stippen, _ _ als [A] Suzanne je lachend aan kijkt. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ En je [C#m] _
wilt wel met haar _ meegaan, _ [D] samen naar de overkant. _ _
_ [A] En je moet haar wel _ vertrouwen, _ _ [B] want ze houdt al jouw gedachten [Bm] _ [A] in haar hand.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
[Bm] _ _ [A] _ _ _ _ _ _
_ [F#] _ _ [A] _ _ Suzanne _ neemt je [F#] mee _ [A] naar een bank aan het [F#] water.
_ _ [Bm]
Duizend schepen [B] gaan voorbij [F#] _ _
[Bm] en toch wordt het maar niet later.
[F#] _ [A] En je weet dat ze te gek [G#] is, _ [E] [A] want daarom zit je naast [E] haar.
_ [C#m] En ze _ geeft je _ pepermuntjes, _ _ [D] want ze geeft je graag iets _ tastbaars. _
[A] En net als je haar wilt zeggen, _ ik kan jou geen liefde geven,
_ _ [Bm] komt heel de stad tot leven.
_ _ _ En hoor je meeuwen schreeuwen, _ [A] je hebt steeds van haar gehouden. _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
En [C#m] je wilt wel met haar meegaan, _ _ [D] samen naar de overkant.
_ _ En [A] je moet haar wel vertrouwen, _ _ [Bm] want ze houdt al jouw gedachten _ in [A] haar hand. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
En _ Jezus was een visser, _ _ die het water zo _ vertrouwde, _ dat hij [Bm] _ _
zomaar over zee liep.
_ _ Omdat hij had leren houden _ _ [A] van de golven en de branding, _ _
_ waarin niemand kan verdrinken.
Hij [C#m] zei, als men blijft geloven, _ kan [D] de zwaarste steen niet zinken.
_ _ [A] Maar de hemel ging pas open, _ _ toen zijn lichaam was gebroken. _ _ _
En [Bm] hoe hij heeft geleden, _ _ dat weet alleen die visser _ _ [D] aan het [A] _ _ kruis.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ En [C#m] je wilt wel met hem _ meegaan, _ [D] samen naar de _ overkant. _ _
En je moet [A] hem wel vertrouwen, _ _ [E] want hij houdt al [B] jouw gedachten [Bm] _ [D] in zijn [A] hand. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
Suzanne neemt je mee, _ naar een bank aan het water, _ die [Bm] _ _ onthoudt waar ze naar _ _ kijkt.
Als herinnering voor later, _ en het [A] _
zonlicht lijkt wel honing, _ _
waaraan kinderen zich te goed doen. _ _
[C#m] En het grasveld ligt _ bezaaid, met wat de [D] mensen zo al wegdun.
In [A] de goot liggen de helden, _ met een glimlach op de lippen.
_ En [Bm] de _ _ meeuwen in de lucht, _ _ lijken net _ verdwaalde stippen, _ _ als [A] Suzanne je lachend aan kijkt. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ En je [C#m] _
wilt wel met haar _ meegaan, _ [D] samen naar de overkant. _ _
_ [A] En je moet haar wel _ vertrouwen, _ _ [B] want ze houdt al jouw gedachten [Bm] _ [A] in haar hand.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _