Tim Chords by Wim De Craene
Tempo:
69.75 bpm
Chords used:
F
Em
G
A
E
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Em]
[F] Ik [Em]
[F] herinner mij nog goed in [Em] hoe men mij vertelde van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, [F] het binnengalen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, de [F] lijven plooiden
naar de hooivork [Em] en stonken naar het zweet, [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boers [G] hun
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [Cm] een paradijs was [F#] voor de mens.
[E]
[Am] [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van hieraf moet je gaan, met [F] vallen en [D#]
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [F] Men wees mij goede mens Tim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim [Em] verbouwde en het
helder gersten had, [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi voor het jonge kalf, [F] en wie het vers
gebraden kalf niet lust, zo'n man die is maar half.
Hier heeft de mens [G] gewonnen, [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft de mens [G] met zwoegen zijn
hoogste doel [F#] [E] bereikt.
[A] Hier laat [D] ik je los Tim, [A]
van hieraf [D] moet je gaan, [A] met vallen [F] en [D#]
[E] opstaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laure
[Em] aan dit meesterwerk verdien, [F] ik heb het lot bezongen [Em] van de knechten en de boer, [F] het kerren
van de boeren [Em] dochter, de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen, [F] het [G] ontwaken van
de stad, [F] ik heb [G] dit wel bezongen, maar nooit een cent [F#] [E] gehaald.
[A] Hier laat [D] ik je los Tim, [A] van hieraf moet [D] je gaan, [A] [F] met vallen en [D#m] [E] opstaan, van hieraf moet je [F] gaan.
[Em]
[F] [Em] [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [Em] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld Tim, [Em] maak deuren voor je [G] huis.
[F] Ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang voor je jeugd, [F] de krachten in je armen, [Em] een ode aan de deugd.
[F] De liepte voor [G] een vrouw Tim, [F] de oogsten van haar buik, het [G] winnen van de dagen, het spreven naar [F#] geluk.
[E] [A] Hier laat ik je los Tim, van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en [D#m]
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[G] [Bm]
[A] [D] [A]
[F] Ik [Em]
[F] herinner mij nog goed in [Em] hoe men mij vertelde van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, [F] het binnengalen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, de [F] lijven plooiden
naar de hooivork [Em] en stonken naar het zweet, [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boers [G] hun
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [Cm] een paradijs was [F#] voor de mens.
[E]
[Am] [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van hieraf moet je gaan, met [F] vallen en [D#]
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [F] Men wees mij goede mens Tim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim [Em] verbouwde en het
helder gersten had, [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi voor het jonge kalf, [F] en wie het vers
gebraden kalf niet lust, zo'n man die is maar half.
Hier heeft de mens [G] gewonnen, [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft de mens [G] met zwoegen zijn
hoogste doel [F#] [E] bereikt.
[A] Hier laat [D] ik je los Tim, [A]
van hieraf [D] moet je gaan, [A] met vallen [F] en [D#]
[E] opstaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[Em] [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laure
[Em] aan dit meesterwerk verdien, [F] ik heb het lot bezongen [Em] van de knechten en de boer, [F] het kerren
van de boeren [Em] dochter, de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen, [F] het [G] ontwaken van
de stad, [F] ik heb [G] dit wel bezongen, maar nooit een cent [F#] [E] gehaald.
[A] Hier laat [D] ik je los Tim, [A] van hieraf moet [D] je gaan, [A] [F] met vallen en [D#m] [E] opstaan, van hieraf moet je [F] gaan.
[Em]
[F] [Em] [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [Em] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld Tim, [Em] maak deuren voor je [G] huis.
[F] Ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang voor je jeugd, [F] de krachten in je armen, [Em] een ode aan de deugd.
[F] De liepte voor [G] een vrouw Tim, [F] de oogsten van haar buik, het [G] winnen van de dagen, het spreven naar [F#] geluk.
[E] [A] Hier laat ik je los Tim, van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en [D#m]
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[G] [Bm]
[A] [D] [A]
Key:
F
Em
G
A
E
F
Em
G
_ _ _ _ [Em] _ _ _ _
_ [F] _ _ Ik [Em] _ _ _
_ _ [F] herinner mij nog goed in [Em] hoe men mij vertelde van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, _ [F] het binnengalen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, de [F] lijven plooiden
naar de hooivork [Em] en stonken naar het zweet, _ [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boers [G] hun
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [Cm] een paradijs was [F#] voor de mens.
[E] _ _ _
_ [Am] _ [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van hieraf moet je gaan, met [F] vallen en _ [D#] _ _
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan. _ _
[Em] _ _ _ _ [F] _ _ _ _
_ [Em] _ _ _ [F] Men wees mij goede mens Tim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim [Em] verbouwde en het
helder gersten had, _ [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi voor het jonge kalf, [F] en wie het vers
gebraden kalf niet lust, zo'n man die is maar half. _
Hier heeft de mens [G] gewonnen, _ [F] de arme [G] grond verrijkt, _ [F]
hier heeft de mens [G] met zwoegen zijn
hoogste doel [F#] _ [E] bereikt.
_ _ _ [A] Hier laat [D] ik je los Tim, _ [A]
van hieraf [D] moet je gaan, _ [A] met vallen [F] en _ [D#] _
[E] opstaan, _ [F] van hieraf moet je gaan. _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laure
[Em] aan dit meesterwerk verdien, _ [F] ik heb het lot bezongen [Em] van de knechten en de boer, [F] het kerren
van de boeren [Em] dochter, de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen, [F] het [G] ontwaken van
de stad, [F] ik heb [G] dit wel bezongen, maar nooit een cent [F#] _ _ [E] gehaald. _
_ [A] Hier laat [D] ik je los Tim, _ [A] van hieraf moet [D] je gaan, _ [A] [F] met vallen en [D#m] _ _ [E] opstaan, van hieraf moet je [F] gaan.
_ _ _ [Em] _ _ _
_ [F] _ _ _ _ [Em] _ _ [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [Em] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld Tim, [Em] maak deuren voor je [G] huis.
[F] Ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang voor je jeugd, [F] de krachten in je armen, [Em] een ode aan de deugd.
[F] De liepte voor [G] een vrouw Tim, [F] de oogsten van haar buik, het [G] winnen van de dagen, het spreven naar [F#] geluk.
_ [E] _ _ [A] _ Hier laat ik je los Tim, van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en _ [D#m] _
_ [E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
_ _ [G] _ _ _ _ _ [Bm] _ _ _ _
[A] _ _ [D] _ _ _ [A] _ _ _
_ [F] _ _ Ik [Em] _ _ _
_ _ [F] herinner mij nog goed in [Em] hoe men mij vertelde van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, _ [F] het binnengalen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, de [F] lijven plooiden
naar de hooivork [Em] en stonken naar het zweet, _ [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boers [G] hun
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [Cm] een paradijs was [F#] voor de mens.
[E] _ _ _
_ [Am] _ [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van hieraf moet je gaan, met [F] vallen en _ [D#] _ _
[E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan. _ _
[Em] _ _ _ _ [F] _ _ _ _
_ [Em] _ _ _ [F] Men wees mij goede mens Tim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim [Em] verbouwde en het
helder gersten had, _ [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi voor het jonge kalf, [F] en wie het vers
gebraden kalf niet lust, zo'n man die is maar half. _
Hier heeft de mens [G] gewonnen, _ [F] de arme [G] grond verrijkt, _ [F]
hier heeft de mens [G] met zwoegen zijn
hoogste doel [F#] _ [E] bereikt.
_ _ _ [A] Hier laat [D] ik je los Tim, _ [A]
van hieraf [D] moet je gaan, _ [A] met vallen [F] en _ [D#] _
[E] opstaan, _ [F] van hieraf moet je gaan. _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ _ [F] _ _ _
_ [Em] _ _ _ [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laure
[Em] aan dit meesterwerk verdien, _ [F] ik heb het lot bezongen [Em] van de knechten en de boer, [F] het kerren
van de boeren [Em] dochter, de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen, [F] het [G] ontwaken van
de stad, [F] ik heb [G] dit wel bezongen, maar nooit een cent [F#] _ _ [E] gehaald. _
_ [A] Hier laat [D] ik je los Tim, _ [A] van hieraf moet [D] je gaan, _ [A] [F] met vallen en [D#m] _ _ [E] opstaan, van hieraf moet je [F] gaan.
_ _ _ [Em] _ _ _
_ [F] _ _ _ _ [Em] _ _ [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [Em] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld Tim, [Em] maak deuren voor je [G] huis.
[F] Ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang voor je jeugd, [F] de krachten in je armen, [Em] een ode aan de deugd.
[F] De liepte voor [G] een vrouw Tim, [F] de oogsten van haar buik, het [G] winnen van de dagen, het spreven naar [F#] geluk.
_ [E] _ _ [A] _ Hier laat ik je los Tim, van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en _ [D#m] _
_ [E] opstaan, van [F] hieraf moet je gaan.
_ _ [G] _ _ _ _ _ [Bm] _ _ _ _
[A] _ _ [D] _ _ _ [A] _ _ _