Chords for K3 - Kusjesdag
Tempo:
132 bpm
Chords used:
Db
Gb
Ab
Bbm
Ebm
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Db] Kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is [Db] kusjesdag.
[Gb] Een klein, klein, klein kusje, [Ebm] een klein, klein kusje, [Ab] een klein, klein [Db] kusje.
Het [Fm] is feest, [Bbm] doorheen heel het land, [Gb] iedereen [Db] had zich klaar om [Ebm] die speciale [Ab] dag te [Db] vieren.
Het [Cm] is feest, [Bbm] kom geef me je hand, we [Gb] gaan de wereld [Fm] met een [B] glimlach versieren.
[F] Duizend mensen voor [Bbm] ons heen, [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[F]
En we vallen [Bbm] samen af, [Gb] hier vriend [Ab] me een.
Want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja vandaag is [Ab] kusjesdag.
Ja, we [Bbm] zijn er met een, zullen [Fm] één, van god tot een, van god tot [Gb] een, je krijgt een kus van [Ab] iedereen, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is [Db] kusjesdag.
[Gb] Een klein, klein kusje, [Db]
een klein kusje, [Gb] een klein, klein kusje.
[Db] Met [F] een kus, [Bbm] je zegt wat je voelt, [Gb] voor je liefje [Fm] of je [Ebm] hartvriendin, je oma [Ab] of je [Db] broertje.
Met [Ab] een kus, [Bbm] je zegt wat je bedoelt, [Gb] in een roeiboot, [Db] op een rondrap, [B] op het koertje.
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, [Ab]
niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[F] En we tellen [Bbm] samen aan [Gb] die [Ab] vriendin, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is kusjesdag.
[Eb]
[N]
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[Am]
En we tellen samen [Bbm] af, [Gb] 4, 3, [Ab] 2, 1.
[A]
[D] Het is kusjesdag, [G] kusjesdag, [Em]
alles kan en [A] alles mag, ja het [Bm] is [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja vandaag is [A] kusjesdag.
[Bm]
[Gbm]
We [G] krijgen dus van [A] iedereen van ons wat, [D] het is kusjesdag, [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja [A] vandaag is kusjesdag.
[D]
[G] Wij krijgen kusjes, [Em]
ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag, wij [G]
krijgen kusjes, [Em] ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag.
[N]
[Gb] Een klein, klein, klein kusje, [Ebm] een klein, klein kusje, [Ab] een klein, klein [Db] kusje.
Het [Fm] is feest, [Bbm] doorheen heel het land, [Gb] iedereen [Db] had zich klaar om [Ebm] die speciale [Ab] dag te [Db] vieren.
Het [Cm] is feest, [Bbm] kom geef me je hand, we [Gb] gaan de wereld [Fm] met een [B] glimlach versieren.
[F] Duizend mensen voor [Bbm] ons heen, [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[F]
En we vallen [Bbm] samen af, [Gb] hier vriend [Ab] me een.
Want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja vandaag is [Ab] kusjesdag.
Ja, we [Bbm] zijn er met een, zullen [Fm] één, van god tot een, van god tot [Gb] een, je krijgt een kus van [Ab] iedereen, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is [Db] kusjesdag.
[Gb] Een klein, klein kusje, [Db]
een klein kusje, [Gb] een klein, klein kusje.
[Db] Met [F] een kus, [Bbm] je zegt wat je voelt, [Gb] voor je liefje [Fm] of je [Ebm] hartvriendin, je oma [Ab] of je [Db] broertje.
Met [Ab] een kus, [Bbm] je zegt wat je bedoelt, [Gb] in een roeiboot, [Db] op een rondrap, [B] op het koertje.
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, [Ab]
niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[F] En we tellen [Bbm] samen aan [Gb] die [Ab] vriendin, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is kusjesdag.
[Eb]
[N]
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
[Am]
En we tellen samen [Bbm] af, [Gb] 4, 3, [Ab] 2, 1.
[A]
[D] Het is kusjesdag, [G] kusjesdag, [Em]
alles kan en [A] alles mag, ja het [Bm] is [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja vandaag is [A] kusjesdag.
[Bm]
[Gbm]
We [G] krijgen dus van [A] iedereen van ons wat, [D] het is kusjesdag, [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja [A] vandaag is kusjesdag.
[D]
[G] Wij krijgen kusjes, [Em]
ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag, wij [G]
krijgen kusjes, [Em] ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag.
[N]
Key:
Db
Gb
Ab
Bbm
Ebm
Db
Gb
Ab
_ _ [Db] _ _ Kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is _ [Db] kusjesdag.
_ [Gb] Een klein, klein, klein kusje, [Ebm] een klein, klein kusje, [Ab] een klein, klein [Db] kusje.
Het [Fm] is feest, [Bbm] doorheen heel het land, [Gb] iedereen [Db] had zich klaar om [Ebm] die speciale [Ab] dag te [Db] vieren.
Het [Cm] is feest, [Bbm] kom geef me je hand, we [Gb] gaan de wereld [Fm] met een [B] glimlach _ versieren.
[F] Duizend mensen voor [Bbm] ons heen, _ [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
_ _ [F]
En we vallen [Bbm] samen af, [Gb] hier vriend [Ab] me een. _ _
Want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja vandaag is _ [Ab] kusjesdag.
Ja, we [Bbm] zijn er met een, zullen [Fm] één, van god tot een, van god tot [Gb] een, je krijgt een kus van [Ab] iedereen, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is _ [Db] kusjesdag. _
[Gb] Een klein, klein kusje, [Db]
een klein kusje, [Gb] een klein, klein kusje.
[Db] Met [F] een kus, [Bbm] je zegt wat je voelt, [Gb] voor je liefje [Fm] of je [Ebm] hartvriendin, je oma [Ab] of je [Db] broertje.
Met [Ab] een kus, [Bbm] je zegt wat je bedoelt, [Gb] in een roeiboot, [Db] op een rondrap, [B] op het _ koertje.
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, _ _ [Ab]
niemand blijft vandaag [Db] alleen. _
_ [F] En we tellen [Bbm] samen aan [Gb] die [Ab] vriendin, _ _ _ _ want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is _ kusjesdag.
[Eb] _
_ _ _ [N] _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ [F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, _ [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
_ _ [Am]
En we tellen samen [Bbm] af, [Gb] 4, 3, [Ab] 2, 1.
_ [A] _
_ _ [D] Het is kusjesdag, [G] kusjesdag, _ _ _ [Em]
alles kan en [A] alles mag, ja het _ [Bm] _ is [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja vandaag is _ [A] kusjesdag.
_ _ [Bm] _
_ _ _ [Gbm] _ _
We [G] krijgen dus van [A] iedereen van ons wat, [D] het is kusjesdag, [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja [A] vandaag is kusjesdag.
[D] _ _ _
_ [G] Wij krijgen kusjes, [Em]
ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is _ [D] kusjesdag, wij _ [G] _
krijgen kusjes, [Em] ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [N] _ _
_ [Gb] Een klein, klein, klein kusje, [Ebm] een klein, klein kusje, [Ab] een klein, klein [Db] kusje.
Het [Fm] is feest, [Bbm] doorheen heel het land, [Gb] iedereen [Db] had zich klaar om [Ebm] die speciale [Ab] dag te [Db] vieren.
Het [Cm] is feest, [Bbm] kom geef me je hand, we [Gb] gaan de wereld [Fm] met een [B] glimlach _ versieren.
[F] Duizend mensen voor [Bbm] ons heen, _ [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
_ _ [F]
En we vallen [Bbm] samen af, [Gb] hier vriend [Ab] me een. _ _
Want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja vandaag is _ [Ab] kusjesdag.
Ja, we [Bbm] zijn er met een, zullen [Fm] één, van god tot een, van god tot [Gb] een, je krijgt een kus van [Ab] iedereen, want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is _ [Db] kusjesdag. _
[Gb] Een klein, klein kusje, [Db]
een klein kusje, [Gb] een klein, klein kusje.
[Db] Met [F] een kus, [Bbm] je zegt wat je voelt, [Gb] voor je liefje [Fm] of je [Ebm] hartvriendin, je oma [Ab] of je [Db] broertje.
Met [Ab] een kus, [Bbm] je zegt wat je bedoelt, [Gb] in een roeiboot, [Db] op een rondrap, [B] op het _ koertje.
[F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, _ _ [Ab]
niemand blijft vandaag [Db] alleen. _
_ [F] En we tellen [Bbm] samen aan [Gb] die [Ab] vriendin, _ _ _ _ want het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, alles kan en [Ab] alles mag, ja het [Db] is kusjesdag, [Gb] kusjesdag, kusjesdag, [Ebm] kusjesdag, ja [Ab] vandaag is _ kusjesdag.
[Eb] _
_ _ _ [N] _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ [F] Duizend mensen om [Bbm] ons heen, _ [Ab] niemand blijft vandaag [Db] alleen.
_ _ [Am]
En we tellen samen [Bbm] af, [Gb] 4, 3, [Ab] 2, 1.
_ [A] _
_ _ [D] Het is kusjesdag, [G] kusjesdag, _ _ _ [Em]
alles kan en [A] alles mag, ja het _ [Bm] _ is [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja vandaag is _ [A] kusjesdag.
_ _ [Bm] _
_ _ _ [Gbm] _ _
We [G] krijgen dus van [A] iedereen van ons wat, [D] het is kusjesdag, [G] kusjesdag, kusjesdag, [Em] kusjesdag, ja [A] vandaag is kusjesdag.
[D] _ _ _
_ [G] Wij krijgen kusjes, [Em]
ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is _ [D] kusjesdag, wij _ [G] _
krijgen kusjes, [Em] ik krijg kusjes, [A] ja vandaag is [D] kusjesdag.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [N] _ _