Gerard Maasakkers - Hier heur ik thuis Chords
Tempo:
65.2 bpm
Chords used:
E
B
A
C#m
F#m
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[E]
Hier ken ik de weg, hier leerde ik lopen, vallen en opstaan en beter gaan.
Hier kan ik verdwalen, met ogen wijt open en toch weer op huis aan gaan.
[B] Hier leerde ik leven, levende leerde hier, vlug gekregen hier voor [E] het eerst.
Flinke klappen [A] en ik sloeg voor [E] het eerst [B] even flink [E] terug.
[A] Hier werd ik zo ziek als een hond van [E] het zeipen, [A] hier werd ik verliefd en ik stootte me [E] nek op.
[A] Hier leerde ik eenverniemend [E] te kruipen [A] en zo kwam ik er alt [F#m] bovenop.
[E] Hier werd ik [C#m] thuis, [E] hier werd ik thuis, [A] aan wat [B] ik [E] ook heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier ken ik de mensen, ik weet wat ze denken, ze denken [A] misschien, ook al zeggen [E] ze ja.
Slag hem dan uit, altijd bedenken, we kunnen [A] nog zien waar het heen [E] gaat.
[B] Je hebt goeie mensen in soorten en kooi en soms vallen ze mee.
Maar het zijn wel [E] mijn mensen, al vanaf mijn geboorte, [A] hoor ik [E] erbij [B] als het zangt [E] bij de hei.
[A] En misschien zijn we mavers, misschien zijn we [E] zeikers, [C#m] het zal met een tijd nog [B] wel duren enzo.
[A] We mogen wel grot zijn, of wat we [E] bereiken, maar [F#m] we lopen er nooit [B] mee te komen.
[E]
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik [B] ook [E] heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E]
[B] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
[A] [E] [B] [E]
[B] [E] [A] En waar ik ook kom en waar ik [E] ook ga, [C#m] waar ik van de wereld [B] ook ken,
[A] de mensen van hier kom ik overal [E] tegen, [F#m] zo buur ik me thuis waar [B] ik ben.
[E] Hier [C#m] werd ik [E] thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] [A] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen [B] ga, hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat [B] ik ook [E] heen [B] ga, hier werd [Bm] ik [E] thuis.
[C]
Hier ken ik de weg, hier leerde ik lopen, vallen en opstaan en beter gaan.
Hier kan ik verdwalen, met ogen wijt open en toch weer op huis aan gaan.
[B] Hier leerde ik leven, levende leerde hier, vlug gekregen hier voor [E] het eerst.
Flinke klappen [A] en ik sloeg voor [E] het eerst [B] even flink [E] terug.
[A] Hier werd ik zo ziek als een hond van [E] het zeipen, [A] hier werd ik verliefd en ik stootte me [E] nek op.
[A] Hier leerde ik eenverniemend [E] te kruipen [A] en zo kwam ik er alt [F#m] bovenop.
[E] Hier werd ik [C#m] thuis, [E] hier werd ik thuis, [A] aan wat [B] ik [E] ook heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier ken ik de mensen, ik weet wat ze denken, ze denken [A] misschien, ook al zeggen [E] ze ja.
Slag hem dan uit, altijd bedenken, we kunnen [A] nog zien waar het heen [E] gaat.
[B] Je hebt goeie mensen in soorten en kooi en soms vallen ze mee.
Maar het zijn wel [E] mijn mensen, al vanaf mijn geboorte, [A] hoor ik [E] erbij [B] als het zangt [E] bij de hei.
[A] En misschien zijn we mavers, misschien zijn we [E] zeikers, [C#m] het zal met een tijd nog [B] wel duren enzo.
[A] We mogen wel grot zijn, of wat we [E] bereiken, maar [F#m] we lopen er nooit [B] mee te komen.
[E]
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik [B] ook [E] heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E]
[B] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
[A] [E] [B] [E]
[B] [E] [A] En waar ik ook kom en waar ik [E] ook ga, [C#m] waar ik van de wereld [B] ook ken,
[A] de mensen van hier kom ik overal [E] tegen, [F#m] zo buur ik me thuis waar [B] ik ben.
[E] Hier [C#m] werd ik [E] thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] [A] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen [B] ga, hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat [B] ik ook [E] heen [B] ga, hier werd [Bm] ik [E] thuis.
[C]
Key:
E
B
A
C#m
F#m
E
B
A
[E] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Hier ken ik de weg, hier leerde ik lopen, vallen en opstaan en beter gaan.
Hier kan ik verdwalen, met ogen wijt open en toch weer op huis aan gaan.
_ [B] Hier leerde ik leven, _ levende leerde hier, vlug gekregen hier voor [E] het eerst.
Flinke klappen [A] en ik sloeg voor [E] het eerst [B] even flink [E] terug.
_ [A] Hier werd ik zo ziek als een hond van [E] het zeipen, [A] hier werd ik verliefd en ik stootte me [E] nek op.
[A] Hier leerde ik eenverniemend [E] te kruipen [A] en zo kwam ik er alt _ [F#m] bovenop.
_ [E] Hier werd ik [C#m] thuis, [E] hier werd ik thuis, [A] aan wat [B] ik [E] ook heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis. _ _
_ Hier ken ik de mensen, ik weet wat ze denken, ze denken [A] misschien, ook al zeggen [E] ze ja.
Slag hem dan uit, altijd bedenken, we kunnen [A] nog zien waar het heen [E] gaat.
[B] Je hebt goeie mensen in soorten en kooi en soms vallen ze mee.
Maar het zijn wel [E] mijn mensen, al vanaf mijn geboorte, [A] hoor ik [E] erbij [B] als het zangt [E] bij de hei.
_ _ [A] En misschien zijn we mavers, misschien zijn we [E] zeikers, [C#m] het zal met een tijd nog [B] wel duren enzo.
[A] We mogen wel grot zijn, of wat we [E] bereiken, maar [F#m] we lopen er nooit [B] mee te komen.
_ [E] _
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik [B] ook [E] heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E]
[B] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis. _
_ _ _ _ [A] _ [E] _ [B] _ [E] _
[B] _ _ [E] _ _ _ [A] En waar ik ook kom en waar ik [E] ook ga, [C#m] waar ik van de wereld [B] ook ken,
[A] de mensen van hier kom ik overal [E] tegen, [F#m] zo buur ik me thuis waar [B] ik ben. _ _
[E] Hier [C#m] werd ik [E] thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] [A] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen [B] ga, hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat [B] ik ook [E] heen [B] ga, hier werd [Bm] ik _ [E] thuis. _ _
_ _ _ _ _ [C] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Hier ken ik de weg, hier leerde ik lopen, vallen en opstaan en beter gaan.
Hier kan ik verdwalen, met ogen wijt open en toch weer op huis aan gaan.
_ [B] Hier leerde ik leven, _ levende leerde hier, vlug gekregen hier voor [E] het eerst.
Flinke klappen [A] en ik sloeg voor [E] het eerst [B] even flink [E] terug.
_ [A] Hier werd ik zo ziek als een hond van [E] het zeipen, [A] hier werd ik verliefd en ik stootte me [E] nek op.
[A] Hier leerde ik eenverniemend [E] te kruipen [A] en zo kwam ik er alt _ [F#m] bovenop.
_ [E] Hier werd ik [C#m] thuis, [E] hier werd ik thuis, [A] aan wat [B] ik [E] ook heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis. _ _
_ Hier ken ik de mensen, ik weet wat ze denken, ze denken [A] misschien, ook al zeggen [E] ze ja.
Slag hem dan uit, altijd bedenken, we kunnen [A] nog zien waar het heen [E] gaat.
[B] Je hebt goeie mensen in soorten en kooi en soms vallen ze mee.
Maar het zijn wel [E] mijn mensen, al vanaf mijn geboorte, [A] hoor ik [E] erbij [B] als het zangt [E] bij de hei.
_ _ [A] En misschien zijn we mavers, misschien zijn we [E] zeikers, [C#m] het zal met een tijd nog [B] wel duren enzo.
[A] We mogen wel grot zijn, of wat we [E] bereiken, maar [F#m] we lopen er nooit [B] mee te komen.
_ [E] _
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] ik [B] ook [E] heen ga, [B] hier werd [E] ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E]
[B] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis. _
_ _ _ _ [A] _ [E] _ [B] _ [E] _
[B] _ _ [E] _ _ _ [A] En waar ik ook kom en waar ik [E] ook ga, [C#m] waar ik van de wereld [B] ook ken,
[A] de mensen van hier kom ik overal [E] tegen, [F#m] zo buur ik me thuis waar [B] ik ben. _ _
[E] Hier [C#m] werd ik [E] thuis, hier werd ik thuis, [A] aan wat [E] [A] ik ook [E] heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen [B] ga, hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat ik ook heen ga, [B] hier [E] werd ik thuis.
Hier werd ik thuis, hier werd ik thuis, [A] aan [E] wat [B] ik ook [E] heen [B] ga, hier werd [Bm] ik _ [E] thuis. _ _
_ _ _ _ _ [C] _ _ _