Afdwaalt Chords by Eefje De Visser

_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [Bb] _ _ [C] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [C] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [Cm] _
_ _ [F] _ _ _ _ _ [Cm] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [Cm] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [C] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [C] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [Cm] _
Je hebt [C] gegeten, [C] getronken, met me aangetroffen, [F] verzekerde rekening betaalde misschien al,
aandacht [C] schulde je [F] hebben, aangekeken en me [Bb] steen uitweg te [C] winnen.
Ik was [Bb] niet hard, maar eerlijk, ik was voorzichtig, maar in het echt speel [C] ik vallen van woede.
Je luidt op als ik [F] aan je denk, ik ben één en al dertien jaar en niet echt volledig te rengen.
[Bb] En ik luister aandachtig, [D] je luistert aandachtig [Eb] maar.
_ _ _ [Db] Ik zeg ik zie dit je [Eb]
af, maar weet je zelf [F] nog wel voor welke wereld je [Ab]
werkt, want alles [Db] voor ons.
_ [Eb] _
[Ab] Pieter, kleur [F] en alweer de geit, ja, [Ab]
alles voor [Db] ons.
Ik zie alleen wat je [Eb]
niet doet, waar je [F] niet bent, ik hoor alleen wat je [Ab]
niet zegt, maar het is [Db] voor ons.
_ _ [Eb] _
Pieter, kleur [F] en alweer de geit, ja, [Ab]
alles voor _ [F] ons.
[Bb] _ _ [C] _
_ _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [C] _
_ [Eb] _ _ [F] _ _ [Bb] _ _ [Cm] _
_ _ [F] _ _ _ [Bb] _ _ _
_ En ik [Cm] zat naast je, we reden over wegen tussen [Bb] weilanden, [C] toch?
Ik was haast vergeten hoe je was, gewoon hoe je [F] was.
O, stad, land, steef, lief, lepij, we [F] zouden eten in een rustig [Cm] restaurant.
En dan namen we [Db] de tijd om te praten, [Eb] onhandig, één tijd te spreken.
[F] We zijn net weer [Ab] volwassen, dus we zagen gezellig uit [Db] kijken.
[Eb] En ik luister aandachtig, [Fm] je luistert aandachtig maar.
_ _ [Db] Ik zeg ik zie dit je [Eb]
af, maar weet je zelf [F] nog wel voor welke wereld je [Ab]
werkt, want alles [Db] voor ons.
_ _ [Eb] _
Pieter, [F] kleur en alweer de geit, ja, [Ab]
alles voor [Db] ons.
Ik zie alleen wat je [Eb]
niet doet, waar je [F] niet bent, ik hoor alleen wat je [Ab]
niet zegt, maar het is [Db] voor ons.
_ _ [Eb] _
Pieter, kleur [F] en alweer de geit, [Ab] ja, alles voor _ [F] ons.
En ik zat naast je, we reden over [Cm]
wegen tussen [Eb] weilanden, toch?
[Bb] Ik was haast vergeten hoe [Db] je was, gewoon hoe je [Fm] was.
En de stad van [Eb] een weg te vinden, ik wou de eeuw in, maar eerlijk, ik was [Db]
voorzichtig.
En dan namen we de tijd om te praten, [Ab] onhandig, één tijd te spreken.
We [Db] zijn net weer volwassen, dus we zagen gezellig uit kijken.
_ _ _ [Eb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Eb] _
_ _ _ [Db] _ _ _ _ [Eb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Ab] _
_ _ _ [Db] _ _ _ _ [Eb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Ab] _
_ _ _ [Db] _ _ _ _ [Eb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Ab] _
_ _ _ [Db] Ik zeg ik zie dit je [Eb]
af, maar weet je zelf [F] nog wel voor welke wereld je [Ab]
werkt, want alles [Db] voor ons.
Ik zeg ik zie dit [Eb] je af, maar weet je zelf [F] nog wel voor welke wereld je [Ab]
werkt, want alles [Db] voor ons.
Je troefde, [Eb] je leefde, je stilte, [Fm] je bezigheid, je trukte, [Ab] je rechterhand, en [Db] je stille gijt.
Wat wil [F] je, wat wil je eigenlijk?
[Fm] We hebben niet voor [Ab] ons tijd en tijd en we [Cm] zien het _ zonder, [C] _
_ _ _ _ zonder, _ _
_ _ _ [Ab] _ _ zonder, [D] _
_ _ _ _ _ eind. _
_ _ _ _ _ _ _ _