Platteland Chords by John Rock Prophet
Tempo:
127.45 bpm
Chords used:
D
G
C
Bm
Em
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G]
[Bm] [Eb]
[N]
Ja, ik ga [D] het dus.
Wanneer jij dit waardig, vat mijn hand.
Want [Em] jouw ziel is blast, [G] is in die bossen [D] bobby sand.
Wanneer jij dit moedig, bak je goed.
En ik zal jou bij [G] die afdraai krijgen, ik en jij gaan naar Nooray.
De [D] stadsleven groet, als een [G] bitterbeest die dag breekt.
Die wolken het begin oor breekt, en die lachen [D] zoet.
En die platteland roept jou naam, en die platteland [G] roept jou naam.
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland roept [D] jou naam, en die platteland roept jou naam.
[G]
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam.
Dus hier waar je jouw menshield goed waar je bent, kijk hem als het waait.
Waar hij [C]
stolt je stomaat, zuur het kale waait.
[G] Waar een mens is, meer is, maar die haard is de ziel gaan [D] draaien.
Waar die aarde je stomaat, maar het is groot en jij is klein.
Waar [C] je ster is, sterreloos en die aand z'n verf doet schijnbaar [G] je klein bestaan.
En die eindeloze jebbageheid [D]
verdwijnt, zoals jij de betwijfel.
Pak die tas, die horizon [C] roept ons, het weerregen [G] zoekt ons.
Rij smoren die [D] mas, als je met haar [C] bezigdag breekt.
Kan je [G] trappels in je zak steken, kom maak [D] jezelf vast.
En die platteland roept jou naam, en die platteland [C] roept jou naam.
Breng [G] hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam, en die platteland roept jou naam.
En die platteland [C] roept jou naam, [G] en die platteland [D] roept jou naam.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
[Bm]
En [D]
dan [C]
kom [G] die dag, [D] dat jij dit behartig, vat mijn hand.
En wat [C] jouw ziel en vis plaatst, [G] is in het bossen, [D] bopjes zand.
En die platteland roept jou naam, en die platteland roept jou [G]
naam.
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam, en die platteland roept jou naam.
En die platteland [Em] roept jou [G] naam, en die platteland [D] roept jou naam.
[Bm] [Eb]
[N]
Ja, ik ga [D] het dus.
Wanneer jij dit waardig, vat mijn hand.
Want [Em] jouw ziel is blast, [G] is in die bossen [D] bobby sand.
Wanneer jij dit moedig, bak je goed.
En ik zal jou bij [G] die afdraai krijgen, ik en jij gaan naar Nooray.
De [D] stadsleven groet, als een [G] bitterbeest die dag breekt.
Die wolken het begin oor breekt, en die lachen [D] zoet.
En die platteland roept jou naam, en die platteland [G] roept jou naam.
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland roept [D] jou naam, en die platteland roept jou naam.
[G]
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam.
Dus hier waar je jouw menshield goed waar je bent, kijk hem als het waait.
Waar hij [C]
stolt je stomaat, zuur het kale waait.
[G] Waar een mens is, meer is, maar die haard is de ziel gaan [D] draaien.
Waar die aarde je stomaat, maar het is groot en jij is klein.
Waar [C] je ster is, sterreloos en die aand z'n verf doet schijnbaar [G] je klein bestaan.
En die eindeloze jebbageheid [D]
verdwijnt, zoals jij de betwijfel.
Pak die tas, die horizon [C] roept ons, het weerregen [G] zoekt ons.
Rij smoren die [D] mas, als je met haar [C] bezigdag breekt.
Kan je [G] trappels in je zak steken, kom maak [D] jezelf vast.
En die platteland roept jou naam, en die platteland [C] roept jou naam.
Breng [G] hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam, en die platteland roept jou naam.
En die platteland [C] roept jou naam, [G] en die platteland [D] roept jou naam.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
En is bederen [Bm] die nacht, en is bederen [D] die nacht.
[Bm]
En [D]
dan [C]
kom [G] die dag, [D] dat jij dit behartig, vat mijn hand.
En wat [C] jouw ziel en vis plaatst, [G] is in het bossen, [D] bopjes zand.
En die platteland roept jou naam, en die platteland roept jou [G]
naam.
Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam, en die platteland roept jou naam.
En die platteland [Em] roept jou [G] naam, en die platteland [D] roept jou naam.
Key:
D
G
C
Bm
Em
D
G
C
_ _ _ _ [G] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[Bm] _ _ _ [Eb] _ _ _ _ _
_ _ [N] _ _ _ _ _
Ja, _ ik ga [D] het dus. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ Wanneer jij dit _ waardig, _ _ _ vat mijn hand.
_ _ _ _ Want [Em] jouw ziel is blast, [G] is in die bossen [D] bobby sand.
_ _ _ Wanneer jij dit moedig, _ _ _ _ bak je goed. _
_ _ _ En ik zal jou bij [G] die afdraai krijgen, ik en jij gaan naar Nooray.
De [D] stadsleven groet, _ _ _ als een [G] bitterbeest die dag breekt.
Die wolken het begin oor breekt, en die lachen [D] zoet. _
_ _ _ En die platteland roept jou _ naam, _ en die platteland [G] roept jou naam.
_ _ Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland roept [D] jou naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
_ _ [G] _ _
_ Breng _ hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam.
_ Dus hier waar je jouw menshield goed waar je bent, kijk hem als het waait.
Waar hij [C] _
stolt je stomaat, zuur het kale waait.
[G] Waar een mens is, meer is, maar die haard is de ziel gaan [D] draaien. _
_ _ _ _ _ Waar die aarde je stomaat, maar het is groot en jij is klein.
Waar [C] je ster is, sterreloos en die aand z'n verf doet schijnbaar [G] je klein bestaan.
En die eindeloze jebbageheid [D] _
verdwijnt, _ _ zoals jij de betwijfel.
_ _ _ _ Pak die tas, _ _ _ die horizon [C] roept ons, het weerregen [G] zoekt ons.
Rij smoren die [D] mas, _ _ _ _ als je met haar [C] bezigdag breekt.
Kan je [G] trappels in je zak steken, kom maak [D] jezelf vast.
_ _ _ En die platteland roept jou _ naam, _ en die platteland [C] roept jou _ naam.
_ Breng [G] hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou _ naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
En die platteland [C] roept jou _ naam, [G] _ en die platteland _ _ _ _ _ _ _ [D] roept jou _ _ naam.
En is bederen [Bm] die nacht, _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ En is bederen [Bm] die nacht, _ _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ En is bederen [Bm] die nacht, _ _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ _ _ _ [Bm] _ _
En _ _ _ _ [D] _ _
_ _ dan _ _ [C] _ _
_ kom _ _ [G] die dag, _ _ _ [D] dat jij dit behartig, _ _ _ vat mijn hand. _
_ _ _ En wat [C] jouw ziel en vis plaatst, [G] is in het bossen, [D] bopjes zand. _
_ _ _ En die platteland roept jou _ _ _ naam, en die platteland roept jou [G] _
naam.
_ Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou _ naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
En die platteland [Em] roept jou _ [G] naam, _ en die _ _ _ _ _ _ _ platteland [D] roept jou naam. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[Bm] _ _ _ [Eb] _ _ _ _ _
_ _ [N] _ _ _ _ _
Ja, _ ik ga [D] het dus. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ Wanneer jij dit _ waardig, _ _ _ vat mijn hand.
_ _ _ _ Want [Em] jouw ziel is blast, [G] is in die bossen [D] bobby sand.
_ _ _ Wanneer jij dit moedig, _ _ _ _ bak je goed. _
_ _ _ En ik zal jou bij [G] die afdraai krijgen, ik en jij gaan naar Nooray.
De [D] stadsleven groet, _ _ _ als een [G] bitterbeest die dag breekt.
Die wolken het begin oor breekt, en die lachen [D] zoet. _
_ _ _ En die platteland roept jou _ naam, _ en die platteland [G] roept jou naam.
_ _ Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland roept [D] jou naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
_ _ [G] _ _
_ Breng _ hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou naam.
_ Dus hier waar je jouw menshield goed waar je bent, kijk hem als het waait.
Waar hij [C] _
stolt je stomaat, zuur het kale waait.
[G] Waar een mens is, meer is, maar die haard is de ziel gaan [D] draaien. _
_ _ _ _ _ Waar die aarde je stomaat, maar het is groot en jij is klein.
Waar [C] je ster is, sterreloos en die aand z'n verf doet schijnbaar [G] je klein bestaan.
En die eindeloze jebbageheid [D] _
verdwijnt, _ _ zoals jij de betwijfel.
_ _ _ _ Pak die tas, _ _ _ die horizon [C] roept ons, het weerregen [G] zoekt ons.
Rij smoren die [D] mas, _ _ _ _ als je met haar [C] bezigdag breekt.
Kan je [G] trappels in je zak steken, kom maak [D] jezelf vast.
_ _ _ En die platteland roept jou _ naam, _ en die platteland [C] roept jou _ naam.
_ Breng [G] hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou _ naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
En die platteland [C] roept jou _ naam, [G] _ en die platteland _ _ _ _ _ _ _ [D] roept jou _ _ naam.
En is bederen [Bm] die nacht, _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ En is bederen [Bm] die nacht, _ _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ En is bederen [Bm] die nacht, _ _ _ en is bederen [D] die nacht.
_ _ _ _ _ [Bm] _ _
En _ _ _ _ [D] _ _
_ _ dan _ _ [C] _ _
_ kom _ _ [G] die dag, _ _ _ [D] dat jij dit behartig, _ _ _ vat mijn hand. _
_ _ _ En wat [C] jouw ziel en vis plaatst, [G] is in het bossen, [D] bopjes zand. _
_ _ _ En die platteland roept jou _ _ _ naam, en die platteland roept jou [G] _
naam.
_ Breng hard zaken samen, die stap is gedaan.
En die platteland [D] roept jou _ naam, _ en die platteland roept jou _ _ _ naam.
En die platteland [Em] roept jou _ [G] naam, _ en die _ _ _ _ _ _ _ platteland [D] roept jou naam. _ _ _ _ _ _ _