Chords for Onthou Jy Om Jonk'
Tempo:
92.9 bpm
Chords used:
E
A
D
F#m
B
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[E]
[A]
Ik ben [A] een groene, ik kan op waterloofjes raken en dus nog [E] op gloemen.
En als je [A] gevallen bent, je gevonden, waar blijf ik zo snel [E] gevangen.
En als je [A] gedronken bent, in je droom is top en stop, dan moet je een [E] groene.
Ik ben een groene.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
[D] Ik spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest.
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
Je hebt beloofd, je hebt beloofd en je steeds erop verdient en [B] beloofd is.
[E]
[F#] Als mijn broer [A] te stof is, zal hij de stenen met die varen deelt door die waken [E] tof.
Zo ik [A] glo uit, je kan op waterloofjes raken en dus nog op [E] gloemen.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest.
[D] Hoe hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
[D] Ik heb die waken
[A] gemaakt
[D] voor [F#m]
[E] [D] de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als we [E] niet geweest.
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
Hoe hoort [D] dat we jou lief geweest, hoe hoort [E] dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
[B]
[A]
Ik ben [A] een groene, ik kan op waterloofjes raken en dus nog [E] op gloemen.
En als je [A] gevallen bent, je gevonden, waar blijf ik zo snel [E] gevangen.
En als je [A] gedronken bent, in je droom is top en stop, dan moet je een [E] groene.
Ik ben een groene.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
[D] Ik spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest.
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
Je hebt beloofd, je hebt beloofd en je steeds erop verdient en [B] beloofd is.
[E]
[F#] Als mijn broer [A] te stof is, zal hij de stenen met die varen deelt door die waken [E] tof.
Zo ik [A] glo uit, je kan op waterloofjes raken en dus nog op [E] gloemen.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest.
[D] Hoe hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
[D] Ik heb die waken
[A] gemaakt
[D] voor [F#m]
[E] [D] de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als we [E] niet geweest.
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
Hoe hoort [D] dat we jou lief geweest, hoe hoort [E] dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest.
[B]
Key:
E
A
D
F#m
B
E
A
D
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [E] _ _ _ _ _ _ _
_ [A] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ Ik ben [A] een groene, ik kan op waterloofjes raken en dus nog [E] op gloemen. _ _ _ _
En als je [A] gevallen bent, je gevonden, waar blijf ik zo snel [E] gevangen. _ _ _ _
En als je [A] gedronken bent, in je droom is top en stop, dan moet je een [E] groene.
Ik ben een groene.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
[D] Ik spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest. _ _ _ _
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _ _ _ _
Je hebt beloofd, _ je hebt beloofd en je steeds erop verdient en [B] beloofd is.
_ [E] _ _ _
[F#] Als mijn broer [A] te stof is, zal hij de stenen met die varen deelt door die waken [E] tof. _ _ _ _ _
Zo ik [A] glo uit, je kan op waterloofjes raken en dus nog op [E] gloemen. _ _ _ _ _
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest. _ _ _ _ _
[D] Hoe hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _ _ _ _
_ [D] _ _ Ik heb die waken _ _
_ [A] _ _ gemaakt _ _ _
_ [D] voor _ _ [F#m] _ _ _
_ [E] _ _ _ _ [D] de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als we [E] niet geweest. _
_ _ _ Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _
_ _ _ Hoe hoort [D] dat we jou lief geweest, hoe hoort [E] dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [B] _ _ _ _ _
_ [E] _ _ _ _ _ _ _
_ [A] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ Ik ben [A] een groene, ik kan op waterloofjes raken en dus nog [E] op gloemen. _ _ _ _
En als je [A] gevallen bent, je gevonden, waar blijf ik zo snel [E] gevangen. _ _ _ _
En als je [A] gedronken bent, in je droom is top en stop, dan moet je een [E] groene.
Ik ben een groene.
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
[D] Ik spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest. _ _ _ _
Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _ _ _ _
Je hebt beloofd, _ je hebt beloofd en je steeds erop verdient en [B] beloofd is.
_ [E] _ _ _
[F#] Als mijn broer [A] te stof is, zal hij de stenen met die varen deelt door die waken [E] tof. _ _ _ _ _
Zo ik [A] glo uit, je kan op waterloofjes raken en dus nog op [E] gloemen. _ _ _ _ _
Ik heb [D] die waken gemaakt voor de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als [E] we niet geweest. _ _ _ _ _
[D] Hoe hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _ _ _ _
_ [D] _ _ Ik heb die waken _ _
_ [A] _ _ gemaakt _ _ _
_ [D] voor _ _ [F#m] _ _ _
_ [E] _ _ _ _ [D] de reden, onder die waterjou aangeloos.
Ik heb [A] geschrien het mens die verliezen, onder die wolken is die tijd gemoes.
Ik [D] spijt om van je nuchten zenie, ik ben niet [F#m] verwijt om niet alleen te lenen, was het als we [E] niet geweest. _
_ _ _ Hoe [D] hoort dat we jou lief geweest, hoe [E] hoort dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _
_ _ _ Hoe hoort [D] dat we jou lief geweest, hoe hoort [E] dat we jou jong, hoe hoort dat we jou lief [A] geweest. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [B] _ _ _ _ _