Chords for Kinga Bán & kinderen // Psalmen Medley // Wij. Samen!
Tempo:
59.025 bpm
Chords used:
D
A
C
G
Bb
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Dm] [A] [D] [C] [G] [Bb]
[G] [Db] [D] [Dm] Mijn God, ik [C] kom naar U, dan [Bb] ben ik veilig.
[F] [Gm] Ik heb het [E] U gezegd en [A] blijf het zeggen.
Ik [D] heb U nodig, [C] God, de rest is [Dm] overbodig.
[D] Mijn [Gb] toevlucht, mijn [Bm] vesting, mijn [D] God.
Ik [E] vertrouw [B] op [A] U.
[Gbm] [D] Mijn [A] toevlucht, mijn [Gb] vesting, [Bm] mijn [A] God.
[B] [G]
Ik [Dm] [A] vertrouw [D] op U.
[Bm]
[G] [D] [E] [G]
[D] Ik zit aan uw [Bm] tafel, [D] persoonlijk genodigd.
[G] Ik zie voor het raam [E] de Jaadvoerse [D] gezichten.
Daarbij doet U mijn [Bm] glasvult, mijn lichaam verzorgt met
[G] veel meer dan ik ooit [E] had gehoopt [B] of verwacht.
[D] Met mij [A] zal het goed [D] gaan, zolang ik [E] zal [Em] leven
wilt U [D] van uw [G] heerlijke liefde [Gm] mij geven.
[D] En altijd een tek met [Bm] uw rust in [D] mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis [A] weet te [D] vinden, mijn [C] [F] Heer.
[Dm] Ik bevrijd wie mijn [C] liefde heeft, bescherm wie mij [F] kent.
Roep je [Bb] mij uit, [Dm] in de nood ben ik bij je.
[C] Bevrijd je van angst, ik [F] zal roem en [Bb] overvloed [F] geven.
[Gm] Ik [F] zal je regen [C] [Bb]
zijn.
[Gm] Ik [Am] zal je regen [D]
[D] [Bb] zijn.
Want [Gm] U zult [C] mij niet [A] zomaar [D] laten sterven.
[Gm] Ik hoef niet [C] naar het graf, [F] want U raakt [A]
[Bb] ons.
U wilt mij [C] leren [A] waar ik [D] heb.
[Gm] Heel dicht bij U, [E] mijn God, [Bb] zal ik [A] gelukkig [D] zijn.
En altijd een plek met [Bm] uw rust in mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis weet [A] te vinden, [D] mijn Heer.
[G] [Db] [D] [Dm] Mijn God, ik [C] kom naar U, dan [Bb] ben ik veilig.
[F] [Gm] Ik heb het [E] U gezegd en [A] blijf het zeggen.
Ik [D] heb U nodig, [C] God, de rest is [Dm] overbodig.
[D] Mijn [Gb] toevlucht, mijn [Bm] vesting, mijn [D] God.
Ik [E] vertrouw [B] op [A] U.
[Gbm] [D] Mijn [A] toevlucht, mijn [Gb] vesting, [Bm] mijn [A] God.
[B] [G]
Ik [Dm] [A] vertrouw [D] op U.
[Bm]
[G] [D] [E] [G]
[D] Ik zit aan uw [Bm] tafel, [D] persoonlijk genodigd.
[G] Ik zie voor het raam [E] de Jaadvoerse [D] gezichten.
Daarbij doet U mijn [Bm] glasvult, mijn lichaam verzorgt met
[G] veel meer dan ik ooit [E] had gehoopt [B] of verwacht.
[D] Met mij [A] zal het goed [D] gaan, zolang ik [E] zal [Em] leven
wilt U [D] van uw [G] heerlijke liefde [Gm] mij geven.
[D] En altijd een tek met [Bm] uw rust in [D] mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis [A] weet te [D] vinden, mijn [C] [F] Heer.
[Dm] Ik bevrijd wie mijn [C] liefde heeft, bescherm wie mij [F] kent.
Roep je [Bb] mij uit, [Dm] in de nood ben ik bij je.
[C] Bevrijd je van angst, ik [F] zal roem en [Bb] overvloed [F] geven.
[Gm] Ik [F] zal je regen [C] [Bb]
zijn.
[Gm] Ik [Am] zal je regen [D]
[D] [Bb] zijn.
Want [Gm] U zult [C] mij niet [A] zomaar [D] laten sterven.
[Gm] Ik hoef niet [C] naar het graf, [F] want U raakt [A]
[Bb] ons.
U wilt mij [C] leren [A] waar ik [D] heb.
[Gm] Heel dicht bij U, [E] mijn God, [Bb] zal ik [A] gelukkig [D] zijn.
En altijd een plek met [Bm] uw rust in mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis weet [A] te vinden, [D] mijn Heer.
Key:
D
A
C
G
Bb
D
A
C
[Dm] _ [A] _ _ [D] _ [C] _ [G] _ _ [Bb] _
_ [G] _ [Db] _ [D] _ _ _ [Dm] Mijn God, ik [C] kom naar U, dan [Bb] ben ik veilig.
[F] _ [Gm] Ik heb het [E] U gezegd en [A] blijf het zeggen.
Ik [D] heb U nodig, [C] God, de rest is [Dm] overbodig.
_ [D] Mijn [Gb] toevlucht, mijn [Bm] vesting, mijn [D] God. _
Ik [E] vertrouw [B] op [A] U.
[Gbm] _ [D] Mijn [A] toevlucht, mijn [Gb] vesting, [Bm] mijn [A] God.
[B] _ [G]
Ik [Dm] [A] vertrouw [D] op U.
_ [Bm] _ _
_ _ [G] _ [D] _ _ [E] _ _ [G] _
[D] Ik zit aan uw [Bm] tafel, [D] persoonlijk genodigd.
[G] Ik zie voor het raam [E] de Jaadvoerse [D] gezichten.
Daarbij doet U mijn [Bm] glasvult, mijn lichaam verzorgt met
[G] veel meer dan ik ooit [E] had gehoopt [B] of verwacht.
[D] Met mij [A] zal het goed [D] gaan, zolang ik [E] zal [Em] leven
wilt U [D] van uw [G] heerlijke liefde [Gm] mij geven.
_ _ [D] En altijd een tek met [Bm] uw rust in [D] mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis [A] weet te [D] vinden, mijn [C] [F] Heer. _ _
[Dm] Ik bevrijd wie mijn [C] liefde heeft, bescherm wie mij [F] kent.
Roep je [Bb] mij uit, _ [Dm] in de nood ben ik bij je.
[C] Bevrijd je van angst, ik [F] zal roem en [Bb] overvloed [F] geven.
[Gm] Ik [F] zal je regen [C] _ [Bb] _
zijn.
[Gm] Ik [Am] zal je regen [D] _ _ _
[D] [Bb] zijn.
Want [Gm] U zult [C] mij niet [A] zomaar [D] laten sterven. _
[Gm] Ik hoef niet [C] naar het graf, [F] want U raakt [A] _
[Bb] ons.
U wilt mij [C] leren [A] waar ik [D] heb. _ _
_ [Gm] Heel dicht bij U, [E] mijn God, _ [Bb] zal ik [A] gelukkig [D] zijn.
En _ altijd een plek met [Bm] uw rust in mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis weet [A] te vinden, _ [D] mijn Heer. _ _ _ _ _ _ _
_ [G] _ [Db] _ [D] _ _ _ [Dm] Mijn God, ik [C] kom naar U, dan [Bb] ben ik veilig.
[F] _ [Gm] Ik heb het [E] U gezegd en [A] blijf het zeggen.
Ik [D] heb U nodig, [C] God, de rest is [Dm] overbodig.
_ [D] Mijn [Gb] toevlucht, mijn [Bm] vesting, mijn [D] God. _
Ik [E] vertrouw [B] op [A] U.
[Gbm] _ [D] Mijn [A] toevlucht, mijn [Gb] vesting, [Bm] mijn [A] God.
[B] _ [G]
Ik [Dm] [A] vertrouw [D] op U.
_ [Bm] _ _
_ _ [G] _ [D] _ _ [E] _ _ [G] _
[D] Ik zit aan uw [Bm] tafel, [D] persoonlijk genodigd.
[G] Ik zie voor het raam [E] de Jaadvoerse [D] gezichten.
Daarbij doet U mijn [Bm] glasvult, mijn lichaam verzorgt met
[G] veel meer dan ik ooit [E] had gehoopt [B] of verwacht.
[D] Met mij [A] zal het goed [D] gaan, zolang ik [E] zal [Em] leven
wilt U [D] van uw [G] heerlijke liefde [Gm] mij geven.
_ _ [D] En altijd een tek met [Bm] uw rust in [D] mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis [A] weet te [D] vinden, mijn [C] [F] Heer. _ _
[Dm] Ik bevrijd wie mijn [C] liefde heeft, bescherm wie mij [F] kent.
Roep je [Bb] mij uit, _ [Dm] in de nood ben ik bij je.
[C] Bevrijd je van angst, ik [F] zal roem en [Bb] overvloed [F] geven.
[Gm] Ik [F] zal je regen [C] _ [Bb] _
zijn.
[Gm] Ik [Am] zal je regen [D] _ _ _
[D] [Bb] zijn.
Want [Gm] U zult [C] mij niet [A] zomaar [D] laten sterven. _
[Gm] Ik hoef niet [C] naar het graf, [F] want U raakt [A] _
[Bb] ons.
U wilt mij [C] leren [A] waar ik [D] heb. _ _
_ [Gm] Heel dicht bij U, [E] mijn God, _ [Bb] zal ik [A] gelukkig [D] zijn.
En _ altijd een plek met [Bm] uw rust in mijn wereld,
[G] omdat ik uw huis weet [A] te vinden, _ [D] mijn Heer. _ _ _ _ _ _ _