Het Isj Nie Moeilijk, Het Isj Gemakkelijk Chords by Kamiel Spiessens
Tempo:
126.15 bpm
Chords used:
C
F
G
Bb
Dm
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G] [F] [C] [Dm]
[Bb] [F] [Dm]
[Bb] [F] [C] [Dm]
[Bb] [F] Mijn naam is Camille Spieses en [C] ik droom niet van actrices.
[Eb] Ik hang nooit aan de toog, ben [Bb] amateur archeoloog.
De [F] natuur dat is een wonder, [C] met de rest heb ik getonder.
[Eb] Mijn neunen nog is goed, [C] wanneer ik sprit en del en broed.
Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk, [Bb] het [F] is gemakkelijk.
[Dm]
[Bb] Het [F] is niet [C] [Dm]
moeilijk.
[Bb] [F] Elk terrein is zijn geheim [C] en dat zit hem in de grond.
[Eb] Als je staat onder uw voeten, [Bb] als je zit onder uw kont.
Wat [F] erin ziet, alleker uit.
Wat [C] ik eruit, al zie ik terug.
[Eb] Zo blijft dan ook het zweer, [C] geheel en gans van mijn rug.
Dat [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
[Dm] [Bb] Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] [F]
Doosbiscuit, een [C] treintje ket, een tijgersip en [Eb] een raket.
Een halsje bit, een [C] kwerenpit, een jas van bot.
[F] Het is niet te [Dm] doen wat je vindt onder [F] de grond.
Ik ben uv-bestendig en [C] ik word het nooit niet bruin.
[Eb] Al graaf ik kanserdagen [Bb] in mijn grote groene tuin.
[F] Naar dingen onder het gras, [C] onder de grond, onder het gewas.
[Eb] Ik ben niet echt begaafd, [C] maar ben op zijn minst verslaafd.
Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
[Dm] [Bb] Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] [F]
[G] Ze zeggen mij, Camille, [D] doe niet zo ambitieel.
[F] Dat is toch geen stil?
[C] Zeg ze, jij dat nu verwiel.
[G] En dan zeg ik, luister Bobby, [D] laat me gerust, het is een hobby.
[F] Zo waar, ik ben Camille [D] en ik sprit met hart en hiel.
Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em] [C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em] [C] Het [G] is niet [Bm] [Em] moeilijk.
[C] [G]
Ik zoek wat ik niet vind [D] en ik vind wat ik niet zoek.
[F] Maar het leven is daarom niet [C] minder [G] schoon.
[D] [C]
Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] [Em] moeilijk.
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het is een hobby.
[G]
[Bb] [F] [Dm]
[Bb] [F] [C] [Dm]
[Bb] [F] Mijn naam is Camille Spieses en [C] ik droom niet van actrices.
[Eb] Ik hang nooit aan de toog, ben [Bb] amateur archeoloog.
De [F] natuur dat is een wonder, [C] met de rest heb ik getonder.
[Eb] Mijn neunen nog is goed, [C] wanneer ik sprit en del en broed.
Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk, [Bb] het [F] is gemakkelijk.
[Dm]
[Bb] Het [F] is niet [C] [Dm]
moeilijk.
[Bb] [F] Elk terrein is zijn geheim [C] en dat zit hem in de grond.
[Eb] Als je staat onder uw voeten, [Bb] als je zit onder uw kont.
Wat [F] erin ziet, alleker uit.
Wat [C] ik eruit, al zie ik terug.
[Eb] Zo blijft dan ook het zweer, [C] geheel en gans van mijn rug.
Dat [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
[Dm] [Bb] Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] [F]
Doosbiscuit, een [C] treintje ket, een tijgersip en [Eb] een raket.
Een halsje bit, een [C] kwerenpit, een jas van bot.
[F] Het is niet te [Dm] doen wat je vindt onder [F] de grond.
Ik ben uv-bestendig en [C] ik word het nooit niet bruin.
[Eb] Al graaf ik kanserdagen [Bb] in mijn grote groene tuin.
[F] Naar dingen onder het gras, [C] onder de grond, onder het gewas.
[Eb] Ik ben niet echt begaafd, [C] maar ben op zijn minst verslaafd.
Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
[Dm] [Bb] Het [F] is niet [C] [Dm] moeilijk.
[Bb] [F]
[G] Ze zeggen mij, Camille, [D] doe niet zo ambitieel.
[F] Dat is toch geen stil?
[C] Zeg ze, jij dat nu verwiel.
[G] En dan zeg ik, luister Bobby, [D] laat me gerust, het is een hobby.
[F] Zo waar, ik ben Camille [D] en ik sprit met hart en hiel.
Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em] [C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em] [C] Het [G] is niet [Bm] [Em] moeilijk.
[C] [G]
Ik zoek wat ik niet vind [D] en ik vind wat ik niet zoek.
[F] Maar het leven is daarom niet [C] minder [G] schoon.
[D] [C]
Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] [Em] moeilijk.
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het [G] is gemakkelijk.
[Em]
[C] Het [G] is niet [D] moeilijk.
[Em]
[C] Het is een hobby.
[G]
Key:
C
F
G
Bb
Dm
C
F
G
[G] _ _ _ [F] _ _ [C] _ _ [Dm] _
_ [Bb] _ _ [F] _ _ _ _ [Dm] _
_ [Bb] _ _ [F] _ _ [C] _ _ [Dm] _
_ [Bb] _ [F] Mijn naam is Camille Spieses en [C] ik droom niet van actrices.
[Eb] Ik hang nooit aan de toog, ben [Bb] amateur archeoloog.
De [F] natuur dat is een wonder, [C] met de rest heb ik getonder.
[Eb] Mijn neunen nog is goed, [C] wanneer ik sprit en del en broed.
Het [F] is niet _ [C] _ [Dm] moeilijk, _ [Bb] het [F] is _ gemakkelijk.
[Dm] _
_ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm]
moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _ _ _ Elk terrein is zijn geheim [C] en dat zit hem in de grond.
[Eb] Als je staat onder uw voeten, [Bb] als je zit onder uw kont.
Wat [F] erin ziet, alleker uit.
Wat [C] ik eruit, al zie ik terug.
[Eb] Zo blijft dan ook het zweer, [C] geheel en gans van mijn rug.
Dat [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
_ [Dm] _ _ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _
_ _ _ Doosbiscuit, een [C] treintje ket, een tijgersip en [Eb] een raket.
Een halsje bit, een [C] kwerenpit, een jas van bot.
[F] Het is niet te [Dm] doen wat je vindt onder [F] de grond.
_ _ _ _ Ik ben uv-bestendig en [C] ik word het nooit niet bruin.
[Eb] Al graaf ik kanserdagen [Bb] in mijn grote groene tuin.
[F] Naar dingen onder het gras, [C] onder de grond, onder het gewas.
[Eb] Ik ben niet echt begaafd, [C] maar ben op zijn minst verslaafd.
Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is _ gemakkelijk.
[Dm] _ _ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _
_ _ _ [G] _ _ _ Ze zeggen mij, Camille, [D] doe niet zo ambitieel.
[F] Dat is toch geen stil?
[C] Zeg ze, jij dat nu verwiel.
[G] En dan zeg ik, luister Bobby, [D] laat me gerust, het is een hobby.
[F] Zo waar, ik ben Camille [D] en ik sprit met hart en hiel.
Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _ _ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _ _ [C] Het [G] is niet _ [Bm] _ _ [Em] moeilijk.
[C] _ _ [G] _
_ _ Ik zoek wat ik niet vind [D] en ik vind wat ik niet zoek.
[F] Maar het leven is daarom niet [C] minder _ [G] schoon.
_ _ [D] _ _ [C] _
_ Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is _ gemakkelijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] _ [Em] moeilijk.
_ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het is een hobby.
[G] _ _ _ _
_ [Bb] _ _ [F] _ _ _ _ [Dm] _
_ [Bb] _ _ [F] _ _ [C] _ _ [Dm] _
_ [Bb] _ [F] Mijn naam is Camille Spieses en [C] ik droom niet van actrices.
[Eb] Ik hang nooit aan de toog, ben [Bb] amateur archeoloog.
De [F] natuur dat is een wonder, [C] met de rest heb ik getonder.
[Eb] Mijn neunen nog is goed, [C] wanneer ik sprit en del en broed.
Het [F] is niet _ [C] _ [Dm] moeilijk, _ [Bb] het [F] is _ gemakkelijk.
[Dm] _
_ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm]
moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _ _ _ Elk terrein is zijn geheim [C] en dat zit hem in de grond.
[Eb] Als je staat onder uw voeten, [Bb] als je zit onder uw kont.
Wat [F] erin ziet, alleker uit.
Wat [C] ik eruit, al zie ik terug.
[Eb] Zo blijft dan ook het zweer, [C] geheel en gans van mijn rug.
Dat [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is gemakkelijk.
_ [Dm] _ _ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _
_ _ _ Doosbiscuit, een [C] treintje ket, een tijgersip en [Eb] een raket.
Een halsje bit, een [C] kwerenpit, een jas van bot.
[F] Het is niet te [Dm] doen wat je vindt onder [F] de grond.
_ _ _ _ Ik ben uv-bestendig en [C] ik word het nooit niet bruin.
[Eb] Al graaf ik kanserdagen [Bb] in mijn grote groene tuin.
[F] Naar dingen onder het gras, [C] onder de grond, onder het gewas.
[Eb] Ik ben niet echt begaafd, [C] maar ben op zijn minst verslaafd.
Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] Het [F] is _ gemakkelijk.
[Dm] _ _ [Bb] Het [F] is niet _ [C] _ _ [Dm] moeilijk.
[Bb] _ _ [F] _
_ _ _ [G] _ _ _ Ze zeggen mij, Camille, [D] doe niet zo ambitieel.
[F] Dat is toch geen stil?
[C] Zeg ze, jij dat nu verwiel.
[G] En dan zeg ik, luister Bobby, [D] laat me gerust, het is een hobby.
[F] Zo waar, ik ben Camille [D] en ik sprit met hart en hiel.
Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _ _ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _ _ [C] Het [G] is niet _ [Bm] _ _ [Em] moeilijk.
[C] _ _ [G] _
_ _ Ik zoek wat ik niet vind [D] en ik vind wat ik niet zoek.
[F] Maar het leven is daarom niet [C] minder _ [G] schoon.
_ _ [D] _ _ [C] _
_ Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is _ gemakkelijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] _ [Em] moeilijk.
_ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het [G] is gemakkelijk.
_ [Em] _
_ [C] Het [G] is niet _ [D] moeilijk.
[Em] _
_ [C] Het is een hobby.
[G] _ _ _ _