Chords for K3 - Fiesta De Amor | K3 de wereld rond
Tempo:
135.4 bpm
Chords used:
C
A
Em
B
D
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] [G]
[Em] [Am] [G]
[Bm] [Am] [D]
[B] [Bm] [C] [A]
[B] [Em]
[C]
[C] [B]
MUZIEK
[Em]
[B]
[Am] [D] [G]
[Am] [D]
[G] [Bm] [Am] [D] Iedereen doet z'n [B] ding en [Bm] voelt zich [C] lekker bij jou, bij [A] jou.
[B] [Em] Hola, chica.
Ik voelen ze mooi bij jou, aan liefde te vroei [Em] bij jou.
Je kent al de woorden [C] die me [B]
bedwelmen, [Em] senor.
Ik ben er [C] geweest bij jou, het is weer een feest bij jou.
Dat is waar ik van [B]
hou.
Je staat nou mooi.
Nu maak je mij rood, wat kan ik voor het [Bm] werk, carnaval.
Ik kijk in je ogen, ik ben [Am] vermoord.
Je staat nou mooi, zal je me horen?
Ik blijf altijd bij [B] jou, [C] [B] bij jou, bij [Bm] [Am]
[D] jou.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te dansen.
[Am] Je staat [D] nou mooi.
[G] Start met je [Em] woorden, klap in je handen.
[D] Iedereen doet z'n ding [B] en voelt zich [Bm] lekker [C] bij jou, [A] bij jou.
[B]
Ik blijf altijd bij jou, [Am] het wordt een feest, staat [D] jou mooi.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te [Am] dansen.
Je staat [D] nou mooi.
Start met je woorden, [Em] klap in je [Am] handen.
Iedereen [D] doet z'n ding [B] en voelt [Em] zich lekker [C] bij jou, bij jou.
[Gb] Ik blijf altijd [Em] bij jou.
[C] Je [A] staat jouw [Bm] mooi.
[C]
[G] Je staat jouw mooi.
Jouw mooi.
[C] Je staat [Em] jouw mooi.
Je staat jouw mooi.
Je [A] staat jouw [C] mooi.
[Gb] Ik
[A]
[Dm]
voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [G] o ja.
[A] [Dm]
Het zomer komt [F] eraan.
Maak niet uit wat [Gm] je doet, [A] jongen, [Dm] althans het woord is praat.
Het zomer komt [F] eraan.
Iedereen voelt [Gm] zich goed, altijd [Dm] zonnet, het verderaar.
[G] O, jee, o [F] ja, lelee.
[A]
Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen.
[Dm] O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [Em] o [Dm]
ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [Em] o [A] ja, lelee.
Leven is [F] een feest.
Elke dag [Gm] weer een nieuwe [A] avontuur [Dm] als je pijn hebt.
Leven is [F] een feest.
En mijn hart [Gm] staat in puur [A] aan in plan [Dm] als je nijver bent.
[G] O, jee, [F] o ja, lelee.
[A] Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen.
[Dm]
O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [Bb] keer zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [B] o ja, [Gbm] lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A]
Spring met ons [Ab] [Gbm]
mee, o ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A] Spring met ons [Ab]
[Gb] mee, o ja, lelee.
[N]
[Em] [Am] [G]
[Bm] [Am] [D]
[B] [Bm] [C] [A]
[B] [Em]
[C]
[C] [B]
MUZIEK
[Em]
[B]
[Am] [D] [G]
[Am] [D]
[G] [Bm] [Am] [D] Iedereen doet z'n [B] ding en [Bm] voelt zich [C] lekker bij jou, bij [A] jou.
[B] [Em] Hola, chica.
Ik voelen ze mooi bij jou, aan liefde te vroei [Em] bij jou.
Je kent al de woorden [C] die me [B]
bedwelmen, [Em] senor.
Ik ben er [C] geweest bij jou, het is weer een feest bij jou.
Dat is waar ik van [B]
hou.
Je staat nou mooi.
Nu maak je mij rood, wat kan ik voor het [Bm] werk, carnaval.
Ik kijk in je ogen, ik ben [Am] vermoord.
Je staat nou mooi, zal je me horen?
Ik blijf altijd bij [B] jou, [C] [B] bij jou, bij [Bm] [Am]
[D] jou.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te dansen.
[Am] Je staat [D] nou mooi.
[G] Start met je [Em] woorden, klap in je handen.
[D] Iedereen doet z'n ding [B] en voelt zich [Bm] lekker [C] bij jou, [A] bij jou.
[B]
Ik blijf altijd bij jou, [Am] het wordt een feest, staat [D] jou mooi.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te [Am] dansen.
Je staat [D] nou mooi.
Start met je woorden, [Em] klap in je [Am] handen.
Iedereen [D] doet z'n ding [B] en voelt [Em] zich lekker [C] bij jou, bij jou.
[Gb] Ik blijf altijd [Em] bij jou.
[C] Je [A] staat jouw [Bm] mooi.
[C]
[G] Je staat jouw mooi.
Jouw mooi.
[C] Je staat [Em] jouw mooi.
Je staat jouw mooi.
Je [A] staat jouw [C] mooi.
[Gb] Ik
[A]
[Dm]
voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [G] o ja.
[A] [Dm]
Het zomer komt [F] eraan.
Maak niet uit wat [Gm] je doet, [A] jongen, [Dm] althans het woord is praat.
Het zomer komt [F] eraan.
Iedereen voelt [Gm] zich goed, altijd [Dm] zonnet, het verderaar.
[G] O, jee, o [F] ja, lelee.
[A]
Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen.
[Dm] O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [Em] o [Dm]
ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [Em] o [A] ja, lelee.
Leven is [F] een feest.
Elke dag [Gm] weer een nieuwe [A] avontuur [Dm] als je pijn hebt.
Leven is [F] een feest.
En mijn hart [Gm] staat in puur [A] aan in plan [Dm] als je nijver bent.
[G] O, jee, [F] o ja, lelee.
[A] Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen.
[Dm]
O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [Bb] keer zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [B] o ja, [Gbm] lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A]
Spring met ons [Ab] [Gbm]
mee, o ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A] Spring met ons [Ab]
[Gb] mee, o ja, lelee.
[N]
Key:
C
A
Em
B
D
C
A
Em
_ _ _ _ [D] _ _ _ [G] _
_ [Em] _ _ [Am] _ _ _ _ [G] _
_ _ [Bm] _ _ [Am] _ _ _ [D] _
_ [B] _ _ [Bm] _ _ [C] _ _ [A] _
_ _ [B] _ _ [Em] _ _ _ _
_ _ _ [C] _ _ _ _ _
_ _ _ [C] _ _ _ _ [B]
MUZIEK
[Em] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [B] _ _
_ _ [Am] _ _ _ [D] _ _ [G] _
_ _ _ [Am] _ _ [D] _ _ _
[G] _ _ _ [Bm] _ _ [Am] _ [D] Iedereen doet z'n [B] ding en [Bm] voelt zich [C] lekker bij jou, bij [A] jou.
_ [B] _ [Em] Hola, chica. _
Ik voelen ze mooi bij jou, aan liefde te vroei [Em] bij jou.
Je kent al de woorden [C] die me [B]
bedwelmen, [Em] senor.
Ik ben er [C] geweest bij jou, het is weer een feest bij jou.
Dat is waar ik van [B]
hou.
_ _ Je staat nou mooi.
Nu maak je mij rood, wat kan ik voor het [Bm] werk, carnaval.
Ik kijk in je ogen, ik ben [Am] vermoord.
Je staat nou mooi, zal je me horen?
Ik blijf altijd bij [B] jou, _ [C] _ [B] bij jou, bij [Bm] _ _ [Am] _
_ [D] jou.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te dansen.
[Am] Je staat [D] nou mooi.
[G] Start met je [Em] woorden, klap in je handen.
[D] Iedereen doet z'n ding [B] en voelt zich [Bm] lekker [C] bij jou, [A] bij jou.
[B]
Ik blijf altijd bij jou, [Am] het wordt een feest, staat [D] jou mooi. _
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te [Am] dansen.
Je staat [D] nou mooi.
Start met je woorden, [Em] klap in je [Am] handen.
Iedereen [D] doet z'n ding [B] en voelt [Em] zich lekker [C] bij jou, bij jou.
[Gb] Ik blijf altijd [Em] bij jou.
[C] Je [A] staat jouw [Bm] mooi.
_ [C] _
_ _ [G] Je staat jouw mooi. _
_ _ _ _ _ Jouw mooi.
_ _ _ [C] Je staat [Em] jouw _ _ mooi.
_ _ Je staat jouw mooi.
_ _ _ Je [A] staat jouw [C] _ mooi.
[Gb] Ik _
_ _ _ [A] _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Dm] _ _ _ _
voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [G] o ja.
[A] _ _ [Dm]
Het zomer komt [F] eraan.
Maak niet uit wat [Gm] je doet, [A] jongen, [Dm] althans het woord is _ praat.
Het zomer komt [F] eraan.
Iedereen voelt [Gm] zich goed, altijd [Dm] zonnet, het _ verderaar.
[G] O, jee, o [F] ja, _ lelee.
[A]
Geef je een [Bb] stiekem een _ zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Dm] O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [Em] o _ _ _ [Dm]
ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [Em] o _ _ [A] ja, lelee.
Leven is [F] een feest.
Elke dag [Gm] weer een nieuwe [A] avontuur [Dm] als je pijn hebt.
_ _ Leven is [F] een feest.
En mijn hart [Gm] staat in puur [A] aan in plan [Dm] als je nijver bent.
[G] O, jee, [F] o ja, _ lelee.
[A] Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
_ [Gm] O, jee, [F] o ja, _ lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [Dm]
O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [Bb] keer zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [B] o ja, _ _ [Gbm] _ _ lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, _ lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A]
Spring met ons _ [Ab] _ _ _ _ [Gbm]
mee, o ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, _ lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A] Spring met ons _ [Ab] _
_ _ _ [Gb] mee, o ja, lelee.
[N] _
_ [Em] _ _ [Am] _ _ _ _ [G] _
_ _ [Bm] _ _ [Am] _ _ _ [D] _
_ [B] _ _ [Bm] _ _ [C] _ _ [A] _
_ _ [B] _ _ [Em] _ _ _ _
_ _ _ [C] _ _ _ _ _
_ _ _ [C] _ _ _ _ [B]
MUZIEK
[Em] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [B] _ _
_ _ [Am] _ _ _ [D] _ _ [G] _
_ _ _ [Am] _ _ [D] _ _ _
[G] _ _ _ [Bm] _ _ [Am] _ [D] Iedereen doet z'n [B] ding en [Bm] voelt zich [C] lekker bij jou, bij [A] jou.
_ [B] _ [Em] Hola, chica. _
Ik voelen ze mooi bij jou, aan liefde te vroei [Em] bij jou.
Je kent al de woorden [C] die me [B]
bedwelmen, [Em] senor.
Ik ben er [C] geweest bij jou, het is weer een feest bij jou.
Dat is waar ik van [B]
hou.
_ _ Je staat nou mooi.
Nu maak je mij rood, wat kan ik voor het [Bm] werk, carnaval.
Ik kijk in je ogen, ik ben [Am] vermoord.
Je staat nou mooi, zal je me horen?
Ik blijf altijd bij [B] jou, _ [C] _ [B] bij jou, bij [Bm] _ _ [Am] _
_ [D] jou.
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te dansen.
[Am] Je staat [D] nou mooi.
[G] Start met je [Em] woorden, klap in je handen.
[D] Iedereen doet z'n ding [B] en voelt zich [Bm] lekker [C] bij jou, [A] bij jou.
[B]
Ik blijf altijd bij jou, [Am] het wordt een feest, staat [D] jou mooi. _
[G] Je staat weer op de [Em] tafel te [Am] dansen.
Je staat [D] nou mooi.
Start met je woorden, [Em] klap in je [Am] handen.
Iedereen [D] doet z'n ding [B] en voelt [Em] zich lekker [C] bij jou, bij jou.
[Gb] Ik blijf altijd [Em] bij jou.
[C] Je [A] staat jouw [Bm] mooi.
_ [C] _
_ _ [G] Je staat jouw mooi. _
_ _ _ _ _ Jouw mooi.
_ _ _ [C] Je staat [Em] jouw _ _ mooi.
_ _ Je staat jouw mooi.
_ _ _ Je [A] staat jouw [C] _ mooi.
[Gb] Ik _
_ _ _ [A] _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Dm] _ _ _ _
voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [G] o ja.
[A] _ _ [Dm]
Het zomer komt [F] eraan.
Maak niet uit wat [Gm] je doet, [A] jongen, [Dm] althans het woord is _ praat.
Het zomer komt [F] eraan.
Iedereen voelt [Gm] zich goed, altijd [Dm] zonnet, het _ verderaar.
[G] O, jee, o [F] ja, _ lelee.
[A]
Geef je een [Bb] stiekem een _ zoen.
[Gm] O, jee, [F] o ja, lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Dm] O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F]
Spring met ons mee, [Em] o _ _ _ [Dm]
ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een keer [Bb] zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [Em] o _ _ [A] ja, lelee.
Leven is [F] een feest.
Elke dag [Gm] weer een nieuwe [A] avontuur [Dm] als je pijn hebt.
_ _ Leven is [F] een feest.
En mijn hart [Gm] staat in puur [A] aan in plan [Dm] als je nijver bent.
[G] O, jee, [F] o ja, _ lelee.
[A] Geef je een [Bb] stiekem een zoen.
_ [Gm] O, jee, [F] o ja, _ lelee.
[G] En niemand die merkt [A] wat we doen. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [Dm]
O, ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [C] zo, o ja, lelee.
Doe het nog een [Bb] keer zo, o ja, lelee.
[F] Spring met ons mee, [B] o ja, _ _ [Gbm] _ _ lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, _ lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A]
Spring met ons _ [Ab] _ _ _ _ [Gbm]
mee, o ja, lelee.
Ik voel me nog steeds [E] zo, o ja, _ lelee.
Doe het nog een [D] keer zo, o ja, lelee.
[A] Spring met ons _ [Ab] _
_ _ _ [Gb] mee, o ja, lelee.
[N] _