Chords for Frans Bauer Een moeder moet stralen
Tempo:
110.05 bpm
Chords used:
Eb
Bb
E
B
Ab
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Eb]
[Bb]
Ik [Eb]
was nog een kind, ik weet het [Bb] nog goed.
Ze stond altijd voor me klaar, soms was het wel wat zwaar.
Toch heeft ze [Eb] nooit geklaagd.
Nu ik ouder ben, de waarde van het [Bb] leven ken,
wil ik genieten elke dag van haar [Eb] lieve lach.
Een moeder [Ab] moet stralen, ramen passen [Eb] haar niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een moeder [Ab] moet stralen, dat heeft ze [Eb] verdiend.
Zij stond voor [Bb] jou klaar, al was het soms waar ze deed het voor eerst.
[Bb] Hou hem allemaal, slaat je handen maar in ziel.
[Eb] Ik heb mijn gezin, dat zij ook [Bb] de meer.
Nog altijd staat ze klaar, niets is haar te zwaar, al heeft ze nu [Eb] grijs haar.
Als ik mijn kinderen zie, zitten bij oma [Bb] op de knie.
Wil ik dat dit nooit overgaat, het is me [Eb] zoveel waar.
Zing maar mee.
Een moeder [Ab] moet stralen, ramen passen [Eb] haar niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een moeder [Ab] moet stralen, dat heeft ze [Eb]
verdiend.
Zij stond [Bb] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [Eb] voor eerst.
[E] Een moeder [A] moet stralen, ramen passen [E] haar niet.
Ze geniet van [B] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [E] dat niet.
[B] Een moeder [A] moet stralen, dat heeft [E] ze verdiend.
Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [E] voor eerst.
Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar [Gbm] ze deed het [E] voor eerst.
[Dbm] [A]
[E]
[B]
[E]
Dank u wel.
[Bb]
Ik [Eb]
was nog een kind, ik weet het [Bb] nog goed.
Ze stond altijd voor me klaar, soms was het wel wat zwaar.
Toch heeft ze [Eb] nooit geklaagd.
Nu ik ouder ben, de waarde van het [Bb] leven ken,
wil ik genieten elke dag van haar [Eb] lieve lach.
Een moeder [Ab] moet stralen, ramen passen [Eb] haar niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een moeder [Ab] moet stralen, dat heeft ze [Eb] verdiend.
Zij stond voor [Bb] jou klaar, al was het soms waar ze deed het voor eerst.
[Bb] Hou hem allemaal, slaat je handen maar in ziel.
[Eb] Ik heb mijn gezin, dat zij ook [Bb] de meer.
Nog altijd staat ze klaar, niets is haar te zwaar, al heeft ze nu [Eb] grijs haar.
Als ik mijn kinderen zie, zitten bij oma [Bb] op de knie.
Wil ik dat dit nooit overgaat, het is me [Eb] zoveel waar.
Zing maar mee.
Een moeder [Ab] moet stralen, ramen passen [Eb] haar niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een moeder [Ab] moet stralen, dat heeft ze [Eb]
verdiend.
Zij stond [Bb] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [Eb] voor eerst.
[E] Een moeder [A] moet stralen, ramen passen [E] haar niet.
Ze geniet van [B] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [E] dat niet.
[B] Een moeder [A] moet stralen, dat heeft [E] ze verdiend.
Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [E] voor eerst.
Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar [Gbm] ze deed het [E] voor eerst.
[Dbm] [A]
[E]
[B]
[E]
Dank u wel.
Key:
Eb
Bb
E
B
Ab
Eb
Bb
E
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [Eb] _ _ _
_ _ _ _ _ [Bb] _ _ _
_ _ Ik _ [Eb] _ _ _
_ _ was nog een kind, _ _ _ ik weet het [Bb] nog goed.
_ Ze stond altijd voor me klaar, soms was het wel wat zwaar.
Toch heeft ze [Eb] nooit _ geklaagd.
_ Nu ik ouder ben, _ _ de waarde van het [Bb] leven ken, _
_ wil ik genieten elke dag van haar [Eb] lieve lach.
_ _ Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ ramen passen [Eb] haar _ niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een _ moeder [Ab] moet stralen, _ _ dat heeft ze [Eb] _ _ verdiend.
_ Zij stond voor [Bb] jou klaar, al was het soms waar ze deed het voor _ eerst. _ _ _
_ [Bb] Hou hem allemaal, slaat je handen maar in ziel. _ _ _
_ [Eb] _ _ _ _ _ Ik heb mijn gezin, _ _ _ dat zij ook [Bb] de meer.
_ _ _ Nog altijd staat ze klaar, niets is haar te zwaar, al heeft ze nu [Eb] grijs haar.
_ _ Als ik mijn kinderen zie, _ zitten bij oma [Bb] op de knie.
_ _ Wil ik dat dit nooit overgaat, het is me [Eb] zoveel waar.
Zing maar mee.
Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ ramen passen [Eb] haar _ niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet. _
_ _ Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ dat heeft ze [Eb] _ _ _
verdiend.
_ Zij stond [Bb] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [Eb] voor eerst.
[E] _ Een moeder [A] moet stralen, _ _ ramen passen [E] haar niet.
_ Ze geniet van [B] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [E] dat _ niet.
_ [B] Een moeder [A] moet stralen, _ _ dat heeft [E] ze verdiend.
_ _ _ Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [E] voor eerst. _
_ _ _ Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar [Gbm] ze deed het [E] voor eerst.
_ _ [Dbm] _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ [E] _ _ _
_ _ _ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ _ _ [E] _ _ _
_ _ _ Dank u wel. _ _ _
_ _ _ _ _ [Eb] _ _ _
_ _ _ _ _ [Bb] _ _ _
_ _ Ik _ [Eb] _ _ _
_ _ was nog een kind, _ _ _ ik weet het [Bb] nog goed.
_ Ze stond altijd voor me klaar, soms was het wel wat zwaar.
Toch heeft ze [Eb] nooit _ geklaagd.
_ Nu ik ouder ben, _ _ de waarde van het [Bb] leven ken, _
_ wil ik genieten elke dag van haar [Eb] lieve lach.
_ _ Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ ramen passen [Eb] haar _ niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet.
Een _ moeder [Ab] moet stralen, _ _ dat heeft ze [Eb] _ _ verdiend.
_ Zij stond voor [Bb] jou klaar, al was het soms waar ze deed het voor _ eerst. _ _ _
_ [Bb] Hou hem allemaal, slaat je handen maar in ziel. _ _ _
_ [Eb] _ _ _ _ _ Ik heb mijn gezin, _ _ _ dat zij ook [Bb] de meer.
_ _ _ Nog altijd staat ze klaar, niets is haar te zwaar, al heeft ze nu [Eb] grijs haar.
_ _ Als ik mijn kinderen zie, _ zitten bij oma [Bb] op de knie.
_ _ Wil ik dat dit nooit overgaat, het is me [Eb] zoveel waar.
Zing maar mee.
Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ ramen passen [Eb] haar _ niet.
Ze geniet van [Bb] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [Eb] dat niet. _
_ _ Een moeder [Ab] moet stralen, _ _ dat heeft ze [Eb] _ _ _
verdiend.
_ Zij stond [Bb] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [Eb] voor eerst.
[E] _ Een moeder [A] moet stralen, _ _ ramen passen [E] haar niet.
_ Ze geniet van [B] het leven, wat zij heeft gegeven, vergeet [E] dat _ niet.
_ [B] Een moeder [A] moet stralen, _ _ dat heeft [E] ze verdiend.
_ _ _ Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar ze deed het [E] voor eerst. _
_ _ _ Zij stond [B] voor jou klaar, al was het soms waar [Gbm] ze deed het [E] voor eerst.
_ _ [Dbm] _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ [E] _ _ _
_ _ _ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ _ _ [E] _ _ _
_ _ _ Dank u wel. _ _ _