Chords for Anubis medley - Gert Verhulst rewind party

[C] _ _ _ _ _ [G] _
_ _ _ _ _ _
_ _ Ze _ [E] _
_ _ [G] _ blaast [D]
door, _ _ _ _ _
[G] _ _ [C] ze _ _
_ [D] snapt wat [G] ik vertellen [Em] wil, _ als ik [C] niet eens iets [D] zeg.
_ En [Em]
spelen alle [B] sporen in mijn [G] hoofd een groot [Em] opdracht.
_ _ [D] _ Verjaagd zij ze [G] met weer, want in [D] mijn weer is [G] zij voor. _ _
[Em] _ _ _ Zij _
[G] is het [C] mooiste wat er [B] ooit is _ [Em] overkomen.
_ _ _ _ [G] Speelt een [C] _ oogtrol in mijn [B] _ _
almooiste [Em] dromen. _ _
_ Heeft geen [Am] weet van haar [D] _ _ unieknis, [G] want _ _ [Am] mijn [Gm] zij [B] is zij. _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ En van mijn gedachten, door mijn [A] twijfels nem ik zon.
[B] _ Heeft [Abm] zij alleen een [A] sleutel in [B] mijn weer om de _ zijkant. _
[Em] _ _ Zij [G] _ _
is het [C] mooiste wat [B] er ooit is _ [Em] _
overkomen.
_ _ _ [G] Speelt een [C] oogtrol in [B] mijn _ almooiste [Em] _ dromen. _
_ _ Heeft [Am] geen weet van haar [D] _ _ unieknis, [G] want mijn _ [Am] [Bb] zij is [B] zij. _ _ _
_ _ _ [G] _ _ _
Vaastgevangen in een oor, dat is het weer weer. _
_ _ _ _ Ga je [Dbm] mee?
_ [Gb] Max, kom, we zingen! _ _ _ _ _
[Db] _ _ _ _ _ _
_ [Dbm] _ _ _ [Gbm] _ _
[Dbm] _ Kom, volg de wagen, volg de paas, wij spelen de zon. _
_ Aan deze [Ebm] dag [A] worden wij de hele kerk omvangen.
_ _ [Eb] _ _
_ [E] _ _ _ _ _
[Bm] Ik speel [A] meer dan twee, [B] jij [C] en ik.
[Dbm] Kom, volg [Eb] de wagen, volg de paas, wij spelen de [B] zon.
[Dbm] Maak je [Abm] koop, maak [E] je een weg.
[A] _ Kom, volg de _ [B] _ wagen, [E] volg de paas, wij spelen de zon.
_ _ _ _ [Bm] Aan deze [A] dag worden wij de [B] hele _ _ _ kerk omvangen.
[Abm] _
Sprook [Gb] ik in [B] mijn hemden, [Db] alheid, die stonden voor [Abm]
haar.
_ [Gb] _ _ [B] _ _
_ _ [Gb] _ _ _ [Abm]
Ik [Gb] sprook de grote [B] lente, die is [Dbm] meek, die vijand, die [Abm] schaat.
_ [Gb] _ _ [B] _ _
_ [Gbm] _ _ _ [E] _
Toen ben ik in die [Gb] hemden.
_ _ _ _ [Gm] _ _
Veel wat is waar, die [Ab] boel aan.
[Dbm] _ _ _ _ _ _
_ _ [Gbm] _ _ Het is een schoon [Dbm] wereld.
Aan de [B] koe, aan [E] de tree, in de [A] vlees.
Kom, volg de paas, [B] _ _ ik [E] is van woon.
_ _ _ _ [A] _ _
_ _ _ [B] Ik speel.
_ _ _ _ [Db] _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ [D] _ _ _
_ _ _ _ Vaastgevangen _ _ in [Gm] _ _
_ _ _ _ [G] _ _
_ _ _ _ _ [Gm] _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ een oor, dat [D] is _ _ [Eb] het _ _ _ _ _
_ _ _ _ [Gm] _
weer weer.
_ _ [C] Ga je mee?
Kom, volg de wagen, _ volg de paas, [Ab] wij spelen [Eb] de zon.
[Ab] Zo'n gekke wezen, schat, met vier [Bb] en een half jaar van de koe.
[Eb] _ Ik [Cm] speel, ik haal, ik spreek, ik [Eb] ben wijzig.
Ik _ _ _
[C] _ _ _ _ _ [Ab] _
_ [Bb] _ _ _ [Gm] sprook de grote lente, [Cm] _ _ [G] die is meek, [C] _ _ die schaat.
Ik _ [F] _ _ _ [Gm] _ _
_ [Ab] _ _ [Bb] _ _ _
[Eb] _ _ [Cm] speel, ik haal, _ [Ab] ik spreek, ik ben [Eb] wijzig.
Ik _ _ _ [Cm] speel, _ [Ab] _ _ [Eb] ik haal, _ [Gm] ik spreek, ik ben wijzig.
Ik sprook de [Cm] grote lente, _ [Gm] die is meek, die [C] schat. _
_ _ _ _ [Fm] _ _
_ [Gm] _ _ _ [Ab] _ _
_ [Bb] _ _ _ [Eb] _ _
_ _ _ _ _ _